Je wilt graag muziek leren maken. Het lijkt je een geweldige hobby, maar je denkt: “Stel je voor dat ik er niet goed in ben! Wat een afgang zou dat zijn! Ik weet nu al wat voor een grote sukkel ik mezelf dan vind. En hoe slecht ik me dan voel. Zou ik er wel aan beginnen?” Herkenbaar?

Dat is precies hoe perfectionisten met faalangst denken. Zo jammer! Het kost heel veel energie om er dan aan te beginnen! Terwijl als je denkt: “ik ga gewoon lekker aan de slag en zie wel hoe ver ik ermee kom!”, geeft het je zoveel plezier!

 

Veel mensen hebben er last van

Nu de het nieuwe schooljaar weer is begonnen, heb ik ook weer de nodige nieuwe leerlingen op les gekregen. En eerlijk, het leek wel een besmettelijke ziekte: de ene na de andere nieuwe leerling vertelde last te hebben van perfectionisme en faalangst! Tijd dus om er in deze blog aandacht aan te besteden hoe je ervan af komt!

 

Wat is perfectionisme

Perfectionisme is de neiging om alles altijd helemaal perfect te willen doen. Gewoon goed is nooit goed genoeg. Ik weet wat het is, ik ben lange tijd ook een perfectionist geweest. En daar was ik trots op! Ik deed altijd mijn uiterste best om alles helemaal perfect te doen. Dat kostte natuurlijk heel veel tijd en energie. En eigenlijk lukte het nooit helemaal, dus het was nooit goed genoeg. Totdat ik het echt niet meer trok en een burn-out kreeg. Eindelijk begon ik te begrijpen dat dat gewoon goed ook meestal gewoon goed genoeg is. Dat je ook tevreden kunt zijn met een iets minder perfect resultaat zolang je er je best op hebt gedaan. Was het gemakkelijk om dat in te zien en te veranderen? Nee! Ik moet mezelf er nog steeds regelmatig aan herinneren dat goed gewoon goed is! Maar het heeft me wel veel opgeleverd en dat helpt!

 

Wat is faalangst

Faalangst is dat je bang bent dat je het niet goed zult doen. Eigenlijk is het een gebrek aan zelfvertrouwen. Je bent bang dat je, wanneer je fouten maakt, je daarom afgewezen zult worden. Dat mensen je dan niet meer aardig of lief vinden en dat ze je niet meer waarderen.

 

Een belemmerende combi

Wanneer je perfectionist bent, is het bijna onvermijdelijk dat je ook faalangst hebt. Of misschien kun je het beter omdraaien: als je faalangst hebt, wordt je vanzelf een perfectionist! Want als je bang bent dat anderen jou niet zullen accepteren, ga je keihard je best doen om ervoor te zorgen dat er niets op jou valt aan te merken. Als je alles nu maar goed doet, zullen ze jou wel waarderen! Dus werk je jezelf te pletter en ben je altijd gespannen….. Het kan er ook toe leiden dat je dingen dan maar helemaal niet doet, die je diep in je hart graag wilt. Want stel je voor dat het je niet goed lukt!

Faalangst en perfectionisme: wat levert het op?

Je hoopt dat het je waardering oplevert. Dat mensen je accepteren. En als je het gevoel hebt dat je iets niet goed hebt gedaan, wil je het verstoppen en opnieuw doen. Maar levert het ook echt waardering en acceptatie op? Voor je gevoel wel, en dat is precies het probleem! Je gevoel is hierin géén goede raadgever! Wanneer jij jezelf bent en gewoon je best doet, wordt je ook geaccepteerd. De kans is groot dat mensen je dan zelfs meer waarderen! Want als je aldoor op je tenen loopt, ben je niet de gezellige en ontspannen persoon die je zou kunnen zijn als je het allemaal iets minder serieus neemt. Wat perfectionisme je vooral oplevert is een enorme druk die je vroeg of laat te veel gaat worden. Tijd dus om er iets tegen te doen!

 

Tips: zo ga je om met faalangst en perfectionisme

1. Accepteer dat je mens bent en dus fouten maakt. Houd jezelf voor dat iedereen fouten maakt en dat het normaal is!

2. Zie de fout als een leermoment. Je kunt het misschien niet leuk vinden, maar door het maken van fouten leer je het meest!

3. Neem jezelf niet zo serieus en lach om je fouten! Ja, dat zal je moeilijk vinden! Maar doe het gewoon, ook al is het in het begin niet van harte. Probeer de humor ervan in te zien.

4. Doe eens bewust iets kleins fout. Ik heb zelf eens de opdracht gekregen om bewust eens iets niet te doen of fout te doen. Gewoon om eens te kijken wat het effect daarvan was. Tot mijn grote verbazing bleek er weinig effect te zijn. Wat een verademing was dat!

5. Mensen houden van echte mensen! Echte mensen maken fouten en echte aardige mensen geven het toe dat ze die gemaakt hebben en doen hun best om het te herstellen, zonder er een probleem van te maken!

6. Wees voor jezelf als voor een goede vriend of vriendin. Je gaat je vriend(in) niet afzeiken wanneer hij/zij een fout maakt. Je probeert hem/haar te stimuleren en te steunen. Doe dat ook bij jezelf wanneer je iets niet goed hebt gedaan.

 

Muziekles

Blijf altijd voor ogen houden dat je naar muziekles gaat omdat je wilt leren muziek maken, niet omdat je alles al kan of weet. Je mag dus gewoon fouten maken. Trouwens, ook je docent is maar een mens die regelmatig een fout maakt! Die zal het je dus zeker niet kwalijk nemen! Gewoon blijven oefenen en niet vergeten ervan te genieten!

Wil je er meer over lezen?

Perfectionisme + Faalangst = Uitstelgedrag

Hoe perfectionistisch ben jij?

Veel studeerplezier!

Herhalingstekens in een muziekstuk worden niet altijd gewaardeerd. Gisteren had ik een leerling op les die niet aan een bepaald stuk was begonnen omdat ze moedeloos werd van de herhalingstekens die erin staan. Zij is zeker niet de enige. Ik hoor regelmatig een diepe zucht wanneer een leerling met veel herhalingstekens geconfronteerd wordt. “Jeetje, het lijkt wel een speurtocht!” Heb ik ook weleens gehoord. En inderdaad, het is niet altijd even gemakkelijk te volgen. Ik hoop dat je met de tips in dit artikel er beter mee om leert gaan.

 

Waarom herhalingstekens

In veel muziek worden gedeelten herhaald. Zo’n gedeelte opnieuw opschrijven, zonder herhalingstekens te gebruiken kan, maar dat heeft ook nadelen:
Het kost meer papier.
Het is niet handig als je veel keer moet omslaan tijdens een stuk.
Het speelt moeilijker.

 

 

Hoezo moeilijker zonder herhalingstekens?

Dat laatste heeft enige toelichting nodig. Want waarom zou het met herhalingstekens gemakkelijker zijn? Misschien heb je het zelf weleens ondervonden. Een aantal maten die je aan het begin van een stuk goed kan spelen. Diezelfde maten komen later in het stuk nog een keer terug. Maar het staat op een andere bladzijde en op een andere regel. Ineens lijkt het een stuk moeilijker! Herkenbaar? Je bent zeker niet de enige, ik kom dat in mijn lespraktijk vaak tegen. Hetzelfde stukje, in een andere visuele context, brengt je hersenen toch een beetje in verwarring! Daarom is een herhalingsteken in zo’n geval gemakkelijker, het ziet er dan precies hetzelfde uit en het staat op dezelfde plek. En je hoeft je aantekeningen maar op 1 plek erbij te zetten. Scheelt weer werk. ?

 

 

Veel gebruikte herhalingstekens

Voordat ik aan de tips ga beginnen, geef ik je eerst nog even een lijstje met de meest voorkomende herhalingstekens.
Dubbele maatstreep met dubbele punt: Wat tussen de dubbele strepen met dubbele punt staat, speel je 2x. Wanneer er een haakje boven staat met een 1, speel je dat alleen de 1e keer. De tweede keer sla je haakje 1 over en ga je gelijk door naar de maten waar haakje 2 boven staat

 

 

Da Capo – afgekort tot D.C. – weer spelen vanaf het begin van het stuk ( Capo = Hoofd )
Segno:                     – letterlijk vertaalt : Teken

Dal Segno – afgekort tot D.S.- weer spelen vanaf het Segno
al – betekent : tot
Da of Dal – betekent vanaf
Dal Segno al Fine – speel vanaf het teken tot aan Fine ( einde )

Coda – letterlijke betekenis : staart.

Hiermee wordt het slotgedeelte van een muziekstuk aangegeven. Er staat dan ergens in het muziekstuk een klein Coda teken. Vanaf dat kleine Coda teken ga je direct naar het grote Coda teken aan het einde van het stuk.

 

 

Italiaans

Zoals je misschien al in de gaten hebt zijn bovenstaande muziektermen uit het Italiaans overgenomen, zoals bij zoveel muziektermen het geval is.
Ik las trouwens ergens dat je Coda uit hoort te spreken als “soda”. Maar als je tegen een collega muzikant het over “soda” hebt, kijkt hij of zij je een beetje verbaasd aan. Iedereen spreekt het uit als “koda”.

 

 

Tips

1. Kijk voordat je met stuk gaat beginnen eerst hoe de volgorde precies is.
2. Gebruik markeerstiften met verschillende kleuren om op te laten vallen ván waar, náar waar je toe moet.
3. Oefen vanaf het begin het stuk steeds in de juiste volgorde. Wanneer je denkt: “de volgorde komt later wel” zal je er veel meer moeite mee blijven houden.

Het is inderdaad soms net een speurtocht, maar zoals meestal: als je de puzzel eenmaal hebt opgelost, lijkt ie ineens niet meer zo moeilijk!

 

Veel studeerplezier!

Wanneer je regelmatig mijn blogs leest, weet je inmiddels dat ik het belangrijk vind dat je niet direct een nieuw stuk begint te spelen. Eerst het stuk op je gemak bekijken zorgt ervoor dat je weet wat er gaat komen, waardoor je het sneller leert en minder fouten maakt. Toch is het iets wat je in je enthousiasme snel vergeet. Wat is dan een handige manier om het niet te vergeten? Gebruik een checklist!

 

Als beginner speel je eenvoudigere stukken en heb je minder theoretische kennis dan wanneer je meer gevorderd bent. Daarom vind je hieronder 2 verschillende lijstjes: 1 voor beginners en 1 voor gevorderden.

Checklist voor beginners:

1. In welke maatsoort staat het?
2. Wat is de laagste en wat is de hoogste noot?
3. Wat is de langste en wat is de kortste noot?
4. Welke noten (en evt. akkoorden) komen erin voor?
5. Hoe snel moet het uiteindelijk klinken?
6. Wat voor een soort muziek is het? (Vrolijk, dansliedje, slaapliedje, treurig, stoer…)
7. Zitten er herhalingen in?
8. Kun je ernaar luisteren (heb je er een cd bij, staat het op YouTube, kan iemand het voor je spelen?) Luister ernaar terwijl je de noten mee leest.
9. Zijn je bijzonderheden opgevallen? (Moeilijke stukjes, grote sprongen, nieuwe ritmes, enz.)
10. Staan er nieuwe akkoorden in die je eerst moet uitzoeken en oefenen, of andere nieuwe noten of muziektekens? Doe dat dan eerst.
Aan de slag!

Checklist voor gevorderden:

1. Wat is de maatsoort, en blijft deze het hele stuk of zijn er maatwisselingen?
2. Wat is de toonsoort, blijft deze het hele stuk of zijn er wisselingen van toonsoort of toevallige voortekens?
3. Wat is het bereik?
4. Zijn er bijzonderheden in de harmonie/akkoorden?
5. In welk tempo moet het uiteindelijk gespeeld worden?
6. Wat voor soort muziek is het? Kun je meer over de achtergrond te weten komen?
7. Zijn er herhalingen?
8. Beluister zo mogelijk het stuk terwijl je mee leest.
9. Maak notities van zaken die je opvallen of nog verder uit wilt zoeken. Ga daar eerst mee beginnen.

Een goed begin is het halve werk!
Veel studeerplezier!

In deze blog vertel ik je een heel eenvoudige en gemakkelijke manier om ervoor te zorgen dat je struikelblokken overwint. Maar ook waarom het soms niet werkt, en de oorzaak ervan.

 

Een lastig stuk

Tijdens een pianoles afgelopen week, wilde een leerling een stukje laten horen waar ze al een tijdje mee bezig was. Vooraf vertelde ze dat het soms heel goed ging, maar andere keren ook weer helemaal niet. Het was voor iemand van haar niveau dan ook een lastig stuk, dus dat verbaasde me niet.

Uit het hoofd

Ze begon te spelen en al snel werd het duidelijk dat dit zo’n moment was waarop het niet echt wilde lukken. Ze speelde de eerste regel een paar keer en wat mij direct opviel was een fout die ze steeds weer maakte. Blijkbaar was dit niet de eerste keer dat mij dat opviel, want ik had er al met potlood een cirkel omheen gezet. Ze vertelde dat ze ook bezig geweest was om het uit haar hoofd te spelen. Ik vroeg haar dat eens te laten horen. Prompt speelt ze de eerste regel uit haar hoofd; maar dan zonder de bewuste fout! Toen ik haar vertelde wat me opgevallen was, verbaasde dat haar zelf ook. Hoe kan dat?

Het rode potlood

Als je zoals ik al meer dan 25 jaar lesgeeft, weet je aardig wat foefjes om je fouten te verbeteren. Een ervan, die ik veel gebruik is een hele simpele maar zeer effectieve: het potlood! Het liefst een rode, die valt lekker op. Als je een stuk aan het studeren bent en je maakt steeds dezelfde fout, ondanks dat je wel weet hoe het moet, dan werkt dit prima: Omcirkel waar het fout gaat, zet er een uitroepteken bij, teken een brilletje (zoals een docent van mij vroeger bij mij wel deed), maakt niet uit wat, als het maar goed opvalt!

 

Hoe werkt het

Waarom het werkt is simpel: je ziet nu veel eerder waar het meestal fout gaat en hebt dan nog de tijd om eraan te denken hoe het wel moet, terwijl je eerst de fout pas merkte op het moment dat je hem maakte! Je herstelt de fout dus eigenlijk voordat je hem maakt. Handig! Zorg dus dat je altijd een rood potlood bij de hand hebt als je aan het studeren bent!

Waarom werkte het nu dan niet?

Bij de leerling waar ik het eerder over had, werkte het dus niet! Of liever gezegd werkte het niet helemaal zoals je in eerste instantie zou verwachten…. Zij speelde het stuk al langer en daardoor voor een groot deel op routine en echt kijken naar de noten doe je dan eigenlijk niet meer. Het notenbeeld is meer een soort van “geheugensteuntje” geworden en je kijkt vooral naar de volgorde van de muzikale zinnen. De aantekening die er staat zie je dan over het hoofd, met als gevolg dat je het toch nog fout doet.
Toen ze uit haar hoofd ging spelen ging ze veel meer op haar gehoor spelen. Ze wist hoe het moest klinken en toen ging het wel goed! In zo’n geval heb je dus al zoveel van het stuk in je hoofd zitten dat de noten meer een belemmering dan een hulpmiddel zijn!

Conclusie

De moraal van het verhaal (een beetje ouderwets, maar klinkt wel leuk vind ik! Weer eens wat anders dan “tips” ;))
1. Zorg dat je bij een nieuw stuk eventuele fouten snel opspoort en zet daar met rood potlood een aantekening bij. Hoe langer je wacht, hoe minder het effect.
2. Wanneer je een stuk al langer speelt, ga er dan aan werken om het uit je hoofd te doen. Je verlegt dan je aandacht van je ogen naar je oren, en dat zorgt ervoor dat je mooier muziek maakt!

 

Veel studeerplezier!

Je moet studeren, maar het komt er niet van. Je bent steeds met iets anders bezig en hebt dan geen tijd meer. Uitstelgedrag: iedereen heeft er in meer of mindere mate last van. Had jij je voorgenomen om deze week te studeren, te sporten of ……en heb je het niet gedaan? Lees dan verder en leer hoe je kunt veranderen!

Uitstelgedrag, perfectionisme en faalangst: een sterke combi!

Uitstelgedrag, veel mensen hebben er last van. Je kunt er last van hebben wanneer je een project moet doen voor je werk, je de belastingaangifte moet doen, je conditie wilt verbeteren door te sporten….. Je wilt of moet iets doen, maar uiteindelijk is het niet gebeurd omdat je tijd hebt zitten verdoen aan Facebook, Youtube filmpjes of andere dingen. Hoewel je dan waarschijnlijk tijd hebt besteed aan zaken die je niet veel inspanning kostten, levert het toch stress op. Je weet immers dat je iets anders had moeten doen, iets wat veel belangrijker was. Dat voelt niet goed, dat voelt als falen. Dan ontstaat de stress!

Aangeboren of aangeleerd?

Sommige mensen hebben zoveel last van uitstelgedrag dat het lijkt alsof ze ermee geboren zijn. Niets is minder waar! Als kind ben je helemaal geen “uitsteller”, het is aangeleerd gedrag. Je verwacht het misschien niet, maar het is iets dat je leert in de loop van je leven op school, van je omgeving, je werk. Gelukkig kun je aangeleerd gedrag ook afleren!

 

Waar komt het vandaan?

Ook naar uitstelgedrag is onderzoek gedaan. Gebleken is dat als je iets uitstelt als er 1 of meerdere van onderstaande dingen spelen:

-Het is iets waar je je onzeker over voelt

-Je vindt het vervelend of saai werk

-Je bent bang dat je niet goed genoeg doet

Je kiest ( onbewust ) voor een strategie waarbij je die vervelende, onzekere gevoelens kunt vermijden: je doet het niet! Het is in feite een soort faalangst, die je probeert te omzeilen. In zekere zin werkt het ook, maar helaas alleen op de korte termijn. Door het niet te doen ben je even van die vervelende gevoelens verlost. Dat werkt dan ook nog eens als een soort beloning, waardoor je eerder geneigd bent dit gedrag te herhalen. Helaas werkt het meestal maar voor korte duur, want je bent geen stap verder gekomen. Daarbij knaagt het gevoel dat je verkeerd bezig bent.

Perfectionisme en faalangst

Wanneer je perfectionistisch bent, is de kans alleen maar groter dat je uitstelgedrag gaat vertonen: aangezien je bang  bent dat het niet perfect wordt, voelt het veiliger om het niet doen! Wanneer het niet doet, doe je het ook niet verkeerd en kun je niet falen.Falen is geen optie, want dat is een bedreiging voor je zelfvertrouwen.

 

Van je fouten leer je.

Mensen die dingen goed kunnen, konden dat eerst ook niet. Je leert dingen alleen maar door te doen en fouten maken hoort daarbij. Het is dus logisch om dingen gewoon te proberen en je niet druk te maken om het resultaat. (Tenzij je natuurlijk een bom moet ontmantelen of een hartoperatie moet doen! ) Zeker als het gaat om een leerproces of training, maak je niet druk om het resultaat, maak je niet druk over wat anderen van je denken of vinden. Ook grote uitvinders en kunstenaars hebben in hun leven veel mislukkingen gekend. Maar zij lieten zich daardoor niet ontmoedigen en bleven proberen. Wie nooit faalt leert heel weinig!

 

Moeten en willen

In mijn poëziealbum staat een versje:

Je moeten en je willen, die zullen vaak verschillen

Je doet het beste als je doet

Niet wat je wilt, maar wat je moet!

 

 

 

Een ouderwets versje, met zeker een kern van waarheid. Maar…. als je zo’n grote tegenstelling maakt van moeten en willen, help je jezelf daar zeker niet mee!

 

Verander “ik moet” in “ik wil”

Als je tegen jezelf zegt:” ik moet deze week mijn belastingformulier invullen” dan bedoel je eigenlijk dat je er totaal geen zin in hebt! Als je “moet” verandert in “ wil” wordt het heel anders! En natuurlijk “wil” je dat doen, want je zit niet te wachten op boetes van de belastingdienst! Dus vraag je hulp en ga je aan de slag!

Als je tegen jezelf zegt: “ik moet sporten” heb je er geen zin in en probeer je er met een smoesje vanaf te komen. “ Ik wil sporten” herinnert je eraan dat je zelf je conditie wilt verbeteren zodat je lekkerder in je vel gaat zitten. Met die gedachte krijg je weer zin!

Als je tegen jezelf zegt: “Ik moet studeren”, kun je altijd wel een reden verzinnen om het niet te doen. Als je zegt: “ Ik wil studeren” heb je al snel in gedachte dat je dat wilt omdat je muziek maken leuk vindt en graag steeds beter wilt worden.

 

Energie verspiller

Twijfelen kost veel energie. Ga dus niet twijfelen of je wel of niet iets moet/ wil gaan doen. Verspil je energie daar niet aan maar gebruik die energie om daadwerkelijk in actie te komen; dat brengt je verder!

 

Klaar!!

Heb je gedaan wat je wilde doen? Goed gedaan!! Dan heb je geen onnodige stress en kan je zonder schuldgevoel gaan relaxen!

Wil je meer lezen over dit onderwerp? Veel informatie heb ik gehaald uit dit boek: The Now Habit, geschreven door Neil Fiore

Veel studeerplezier!

Positief blijven denken tijdens het studeren helpt je verder. Vele onderzoeken hebben aangetoond dat je verder komt met een positieve instelling, ongeacht wat je doet. Met muziek leren maken is het niet anders. Ik zal je wat voorbeelden geven en tips hoe ook jij er je voordeel mee kunt doen!

“Kijk altijd naar de zon, dan vallen de schaduwen achter je.” Helen Keller

Op weg naar je doel

Mensen die meestal de positieve kant van iets in kunnen zien, laten zich niet snel ontmoedigen. Ze zetten dóór, ook als het even niet wil lukken. Ze houden het doel voor ogen en blijven die kant bewegen. Op deze manier komen ze steeds dichter bij hun doel.

Obstakels

Wanneer je graag muziek wilt leren maken, kun je natuurlijk denken: “Zo goed word ik nooit, ik kan dat niet!” Of: “Ik heb toch niet genoeg talent om dat te kunnen leren!” Maar met deze negatieve gedachten kom je er zeker niet! Door deze gedachten als de waarheid te beschouwen, blokkeer je de weg naar je doel. Je maakt zo je eigen obstakels! Het is wel zo gemakkelijk: want als je het toch niet kunt leren, hoef je ook de moeite er niet voor te doen om het te proberen. Maar waar baseer je dat dan op? Waarom zou je er niet gewoon mee beginnen en kijken hoever je komt? Gun jezelf de kans om het serieus te proberen. Stel een lange termijn doel, dat is de eerste stap. Zelfs al zou je dat doel niet helemaal bereiken, dan is dat nog niet erg. Leren doe je er zeker van. Stapje voor stapje kan ook jij naar je doel toe bewegen. Wat in ieder geval zeker is: als je niet op weg gaat, kom je er zeker nooit!

Negatieve gedachte

Ik ben een positief ingesteld persoon. Betekent dat dan dat ik nooit een negatieve gedachte heb? Jawel hoor, die heb ik ook regelmatig. Dat is niet iets wat je helemaal kunt uitbannen. Maar hoe je met die gedachte omgaat, heb je wél zelf in de hand! Als er iets gebeurt wat voor jou ongewenst is, dan zal je eerste gedachte erover negatief zijn. Maar wanneer je beseft dat die negatieve gedachte het obstakel vormt om je doel te bereiken, en niet de gebeurtenis zelf, ben je al een heel eind op de goede weg. Dus in plaats van je eerste negatieve gedachte direct te geloven, kun je beter gaan bedenken hoe je het een positieve draai kunt geven.

Voorbeeld

Stel, je bent aan het studeren en je blijft steeds steken op een bepaalde plek in het muziekstuk. Je kunt dan denken:” Alweer fout! Zie je wel, ik leer het nooit!” Op deze manier plaats je een groot rotsblok op de weg naar je doel. Want als jij gelooft dat je het nooit zult leren, krijg je daar gelijk in! Probeer dus in zo’n situatie eerst te bekijken wat er precies gebeurt: ”Het gaat nu voor de 4e keer fout.” Denk dan even rustig na. “Blijkbaar werkt het zo niet. Wat zou ik kunnen veranderen zodat het misschien wel gaat lukken?” Hoewel de situatie (4 keer dezelfde fout maken) niet is veranderd, blijf je op deze manier wel gemotiveerd om het te blijven proberen. Zie je fouten als leermomenten!

“Mislukkingen en tegenslagen zijn kansen om het opnieuw te proberen en beter te maken.” Henry Ford

Kijk naar het geheel

Je kunt meer dan je denkt! En het is meestal zo dat een negatieve gedachte niet reëel is. Dat kun je vaak ontdekken door naar het grotere geheel te kijken. Leren begint altijd met nieuwe inzichten en het bekijken van een situatie vanuit een ander perspectief. Een gebeurtenis is pas negatief wanneer jij zelf die betekenis eraan geeft. Dan wordt het voor jou een waarheid.

De wijze mannen en de olifant

Deze Boeddhistische anekdote gaat over het belang van het geheel zien om je een goed beeld van de situatie te kunnen vormen.
“Zes wijze, blinde mannen beschrijven een olifant. De eerste man betast het oor van de olifant en zegt dat de olifant als een dikke deken is. De tweede voelt aan de slagtand en zegt dat de olifant scherp en puntig is. De derde voelt aan de poot en komt tot de conclusie dat het dier er uitziet als een boomstronk. De vierde voelt aan de flank van de olifant en gelooft dat de olifant er uitziet als een muur. De vijfde voelt aan de staart en is ervan overtuigd dat de olifant is als een touw. En de zesde man legt zijn hand op de kop van de olifant en zegt dat het hem doet denken aan een rots.”

Wie heeft er gelijk?

Hoewel alle zes blinde, wijze mannen op hun eigen manier gelijk hadden, heeft niemand de olifant recht gedaan in zijn omschrijving. Het hele plaatje is zo anders dan de losse waarneming van een onderdeel! Wanneer er iets niet lukt met studeren en je wordt boos, ongeduldig of gefrustreerd, denk je al snel: “Ik leer het nooit!” Maar dan ben je net als één van die blinde, wijze mannen. Je baseert dan je gedachte op een onderdeel en niet op het gehele plaatje. Dat dit nu niet wil lukken zegt niet dat het je nooit zal leren. Alles wat je nu kan heb je ooit moeten leren, en dat is je ook gelukt! Sommige dingen sneller dan andere, maar uiteindelijk heb je het geleerd. Niet door het op te geven, maar door positief te blijven en te blijven proberen.

Haal meer uit jezelf

Een aantal jaren geleden was men ervan overtuigd dat we maar 10 procent van onze hersencapaciteit benutten. Dat is bizar weinig. De nieuwste studies wijzen erop dat het waarschijnlijk zelfs nog minder is, meer in de buurt van de 2 procent. Kun je nagaan wat je zou kunnen bereiken als je zelfs maar 20 procent van je hersencapaciteit zou benutten! Hoe je meer uit je hersenen kan halen? Door te blijven leren! Zelf muziek maken is een ideale training voor je hersenen. Ook jij kan het! Denk positief en ga aan de slag!

Veel studeerplezier!

Perfectionistisch?

Je hebt (bijna) iedere dag gestudeerd en heel hard je best gedaan op de lesstof. Ondanks je inspanningen kan je het stuk niet foutloos spelen. Ben je dan:

A. zeer ontevreden over jezelf (je had het nu toch foutloos moeten kunnen spelen!)

B. tevreden over jezelf (je hebt je best gedaan en meer zat er blijkbaar niet in)

 

 

A of B?

Is antwoord A het beste op jou van toepassing? Dan ben je zeker niet de enige! Je bent  waarschijnlijk perfectionistisch ingesteld, niet alleen met het maken van muziek, maar op allerlei vlakken eis je het allerbeste. Ik moet bekennen dat ook ik er veel last van heb gehad en het nog steeds regelmatig de kop  voel opsteken! Tot enkele jaren geleden was ik er van overtuigd dat perfectionisme altijd heel positief was en alleen wat ik perfect deed, was goed genoeg. Totdat ik het wel erg moeilijk kreeg en onmogelijk alle ballen in de lucht kon houden. Gelukkig was er toen iemand die mij weer de goede kant op wees en mij zelfs aanmoedigde om af en toe bewust fouten te maken, gewoon om te ontdekken wat er dan gebeurde! Dat was enorm eng om te doen! Mijn opluchting was groot toen ik ontdekte dat er eigenlijk niet veel gebeurde. De mensen in mijn omgeving reageerden nogal laconiek: iedereen maakt immers wel eens een fout! Alleen mijn best doen bleek wèl goed genoeg!

 

Perfectionist versus Optimalist

In het boek “The Persuit of Perfect” van Tal Ben-Shahar (voormalig Professor Positieve psychologie, aan de universiteit van Harvard) onderscheidt hij 2 soorten perfectionisten. Perfectionisten met allerlei problemen zoals stress, schuldgevoel, een laag zelfbeeld, overspannenheid, enz. Wanneer deze mensen een fout maken, zien ze het als “Gefaald hebben”. De 2e groep perfectionisten zijn behalve perfectionist ook realist: ze willen het best haalbare, maar in een niet perfecte wereld met niet perfecte mensen is dat best haalbare meestal niet perfect. Doordat deze mensen de realiteit accepteren zoals die is, voelen zij zich veel gelukkiger en gezonder. Bovendien zien ze fouten niet als mislukkingen, maar als leermomenten. Omdat deze 2 groepen zo compleet van elkaar verschillen, heeft Tal Ben-Shahar de 2e groep een andere naam gegeven: Optimalisten.

 

Een goed gevoel

Je zou dus kunnen zeggen dat antwoord A het antwoord is van een Perfectionist en B van een Optimalist.
Wat heeft het bovenstaande te maken met muziekstudeertips? Naar mijn mening heel veel!! Wanneer je alleen maar tevreden bent over jezelf wanneer je een stuk foutloos speelt, heb je waarschijnlijk niet vaak een goed gevoel over jezelf wanneer je muziek maakt. Niet alleen is dat funest voor je enthousiasme en doorzettingsvermogen, het is ook nog eens heel onterecht! Wanneer je aan het studeren bent en je speelt het stuk wat je hebt opgekregen helemaal foutloos, heb je er weinig van geleerd en was het eigenlijk te gemakkelijk! Je groeit juist door fouten te maken en ervan te leren!

 

Conclusie

-Wanneer je goed gestudeerd hebt, heb je alle reden om tevreden te zijn, ongeacht het resultaat!
-Een fout is geen mislukking maar een leermoment!
-Streef naar Optimalisme in plaats van Perfectionisme en geniet van muziek maken!!

Veel studeerplezier!

 

Meestal weet ik al, voordat een leerling gaat spelen, waar de kans het grootst is dat het mis gaat. Ben ik helderziend? Nee hoor, gelukkig niet! Dat komt doordat bijna iedereen dezelfde fouten maakt. Je hoeft jezelf ook zeker niet “dom” te vinden wanneer jij één van die fouten maakt. Maar als je de aanwijzingen in deze blog opvolgt, zodat je die fouten niet maakt, ben je natuurlijk wel extra slim! ?

Meest gemaakte fout

De meest gemaakte fout is wel het vergeten te spelen van de mol of kruis die vooraan de notenbalk staat. Wanneer de mol of kruis vlak naast de noot staat, dan gaat het meestal wel goed. Maar wanneer de mol of kruis vooraan de notenbalk staat, zie je hem snel over het hoofd. Je kijkt immers vooral naar de noot die je moet spelen, dat is vaak al lastig genoeg!

De oplossing

Ik geef je 5 tips om ervoor te zorgen dat je deze fout de volgende keer overslaat:
1. Bekijk een nieuw stuk altijd eerst goed vóórdat je het gaat spelen. Maak er een gewoonte van om te kijken of er kruizen of mollen vooraan de notenbalk staan.
2. Kijk alvast waar deze noten zitten. Ben je bang dat je de mol of kruis toch nog vergeet, zet er dan met rood potlood een kring omheen.
3. Speel voordat je het stuk gaat spelen, de toonladder die erbij hoort. Je raakt er dan al aan gewend om de juiste noten te spelen en hoe het klinkt.
4. Speel de melodie apart en let erop dat je de juiste vinger alvast zoveel mogelijk klaarzet op de zwarte toets.
5. Herhaal dit met de partij voor de linkerhand.

Veel gemaakte fout nummer 2: Het slot lukt niet goed

Vaak is het slot één van de moeilijkste plekjes in het stuk. Meestal komt dat stukje alleen maar voor aan het slot, zodat je het automatisch minder vaak speelt. Is het slot een stukje wat vaker in het muziekstuk voorkomt, vind je het vast niet zo moeilijk. Maar helaas is dat meestal niet het geval.

Zo kun je deze fout voorkomen:

1. Kijk wanneer je aan een nieuw stuk begint altijd of het slot inderdaad zo’n lastig stukje is. Wanneer dit het geval is, begin dan direct met het oefenen van dat slot. Wanneer je het vaak oefent, wordt het vanzelf gemakkelijker. Blijf het iedere keer weer apart oefenen. Tegen de tijd dat je de rest van het stuk kunt spelen, lukt het einde je ook.
2. Wanneer het slot bestaat uit een paar moeilijke akkoorden, leer die dan zo snel mogelijk uit je hoofd. Speel het slot iedere keer wanneer je langs je instrument loopt. Heb je een keyboard of digitale piano? Dan hoef je hem niet eens aan te zetten. Je kunt het ook zonder geluid doen. Dat dit werkt komt natuurlijk ook weer doordat je het vaak herhaalt. Dat is nog steeds de beste manier om iets goed te leren!

Fout nummer 3: Overgang naar een volgende regel en/of bladzijde

Deze fout ontstaat doordat je met je ogen tijd nodig hebt om van de ene regel (of bladzijde) naar de volgende te gaan. Vooruit kijken wordt daardoor op deze plaatsen lastiger en een fout is dan snel gemaakt!

Wat kun je doen om dit te voorkomen?

Je maakt de fout doordat je niet zo goed weet wat er gaat komen; je bent niet goed voorbereid. Probeer een logische manier te vinden waarop je kunt onthouden wat er gaat komen. Vaak helpt het al enorm als je er bewust over nagedacht hebt hoe de overgang in elkaar zit. Blijven er noten of akkoorden hetzelfde, wat verandert er? Oefen deze overgangen regelmatig apart om het beter te kunnen onthouden. Je zult merken dat het echt helpt!

 

Veel studeerplezier!

Ik heb het al vaker verteld:

“Dagelijks studeren wordt gemakkelijker wanneer je er een gewoonte van maakt.”

Een gewoonte kost je weinig energie: je denkt er niet over na óf je het gaat doen, maar je doet het gewoon. Studeren als een gewoonte aanleren, is niet voor iedereen even gemakkelijk. Heb jij er moeite mee? Doe het op de Kaizen wijze!

 

Japan

Kaizen komt uit Japan en staat voor continue verbetering. Kai= verandering, Zen=goed. Het wordt veel gebruikt in bedrijven om de diverse processen binnen het bedrijf te verbeteren en zo meer kwaliteit te bieden. “Dat heeft toch niets met studeren te maken!” zul je wellicht denken. Op zich niet, maar je kunt het principe eigenlijk op van alles toepassen. En dus ook op het creëeren  van een gewoonte als dagelijks studeren.

 

Wat houdt het in

De Kaizen filosofie houdt in dat je met heel kleine stappen richting je doel gaat. En dat werkt! Dat werkt omdat een heel kleine stap heel gemakkelijk te maken is en je het daarom eerder doet en beter vol kunt houden! Je hebt niet de neiging om het uit te stellen omdat je er tegenop ziet. En omdat je het vol kunt houden boek je steeds kleine succesjes, waardoor je je goed gaat voelen. En dat stimuleert je weer om er mee verder te gaan! Ben je eenmaal bezig, dan is het ook gemakkelijker om ermee door te gaan.

10 Kaizen stappen als voorbeeld

1: kies een tijd
Kies een tijd of vast moment waarop je wilt gaan studeren. Dat is je eerste stap, klaar!

Spreek met jezelf af dat je op het gekozen tijdstip minimaal 1 stap doet richting je doel. De stappen hou je zo klein, dat je er waarschijnlijk wel meer dan 1 wil en kan doen. Dat mag zeker ook, maar als je er maar 1 doet, is dat ook goed!

2: bepaal waaraan je gaat werken
Kies het stuk waar je aan wilt gaan werken

3: Kijk het stuk door en noteer wat je opvalt

4: speel de eerste maat 5 keer

5: speel de eerste maat 5 keer, maar dan beter

6: speel de tweede maat 5 keer

7: speel de tweede maat 5 keer, maar dan beter

8: speel de eerste 2 maten 5 keer achter elkaar

9: speel de derde maat 5 keer

10: speel de derde 5 keer, maar dan beter
Enzovoort!

Nog een paar tips:

Houd de stappen klein. Ook als het goed gaat! Het is prima wanneer je het gevoel hebt dat je best nog meer stappen kunt zetten. Dat mag altijd! Maar iedere dag 1 stapje heeft al het effect dat studeren een gewoonte begint te worden. Je kunt trots op jezelf zijn dat je steeds je mini doel behaalt en weer dichter bij je grote doel bent gekomen! Daarbij blijft het op deze manier lekker overzichtelijk. Je hoeft je maar op 1 kleine stap tegelijk te concentreren. Dat werkt een stuk beter dan wanneer er maar door je hoofd blijft spoken dat het stuk zo lang en zo moeilijk is en je weinig tijd hebt! Dat kun je met een gerust hart loslaten. Want  met het zetten van al die kleine stapjes, kom je er ook!

 

Vind je het lastig om zelf die stapjes te bedenken? Vraag dan of je docent samen met jou een stappenplan bedenkt, hij/zij zal je vast met plezier helpen!

Veel studeerplezier!

 

In de vorige blog heb ik je verteld waarom je uit je hoofd zou willen leren spelen. In deze blog vertel ik je meer over, hoe je dat het beste aan kunt pakken.

 

 

Verschillende manieren.

Er zijn verschillende manieren van uit je hoofd spelen, en elk daarvan heeft zijn eigen voor en nadelen. Om een stuk echt goed uit je hoofd te kunnen spelen is het dan ook belangrijk dat je zoveel mogelijke manieren gebruikt. Op die manier heb je profijt van de voordelen en geen last van de nadelen!

 

Motorische geheugen

De meeste leerlingen zullen deze wel herkennen: je favoriete stuk wat je heel veel hebt gespeeld komt een soort van vanzelf uit je handen. Je denkt er verder niet bij na, maar je speelt het zonder echt naar je bladmuziek te kijken. Op den duur ontdek je dat je het ook kan spelen, als de bladmuziek niet meer op je lessenaar staat. Dit noem je het motorische geheugen. Eigenlijk alle bewegingen die je veel maakt, komen in dit geheugen terecht. Dit is dus een vorm van je geheugen wat je gewend bent veel te gebruiken. Het is ook heel zinvol: het zou toch wel erg veel energie kosten als je bij het lopen continu moet nadenken wat je moet doen om vooruit te komen!

 

Hoe train je het

Hoe je het traint, kun je zelf waarschijnlijk al bedenken na het lezen van het voorafgaande: door veel herhalen. Nog even een extra tip (die je misschien ook al wel vele malen van mij gehoord hebt): wanneer er een stukje is wat niet lekker loopt, oefen dan dat stukje apart.

 

Het nadeel

Dit geheugen is dus heel handig. Maar het heeft ook een nadeel wanneer je erop vertrouwt als je muziek aan het maken bent. Zodra er iets gebeurt wat je niet verwacht, ben je er helemaal uit! Je weet niet goed meer waar je bent en kan het niet gemakkelijk weer oppakken.
Hmm, dat is toch wel lastig als dat gebeurt tijdens een optreden….
Enkel alleen op dit geheugen vertrouwen is dus niet verstandig!

 

Analytisch geheugen

Wanneer je kijkt naar je muziekstuk, en je bent aan het ontdekken waar de herhalingen zitten, welke akkoorden erin voor komen. In welke toonsoort en maatsoort het staat. Of er variaties van een thema zijn. Kortom: als je onderzoekt hoe het stuk in elkaar steekt, ben je bezig met je analytische geheugen. Dit geheugen werkt heel goed als ondersteuning van het motorische geheugen. Je traint het door iedere keer wanneer je het stuk studeert steeds bewust te zijn van wat je doet: je speelt het thema, of de variatie, de herhaling… enz.
Belangrijk is dat je ook in staat bent een stukje vooruit te denken: wat komt hierna!

 

Muzikaal geheugen

Schrik niet van deze term: iedereen heeft een muzikaal geheugen! De één heeft het alleen wat verder ontwikkeld dan de ander. Iedereen heeft in zijn hoofd wel een liedje waarvan je weet hoe het klinkt. Of dat een eenvoudig liedje als Kortjakje is, een hit van YouTube of een ingewikkeld klassiek stuk: bij allemaal gebruik je dat muzikale geheugen. Door het gebruiken van dit geheugen, weet je hoe het muziekstuk wat je speelt, moet gaan klinken. Door bewust, wanneer je niet aan het studeren bent, te proberen om in gedachte het muziekstuk te horen, train je dit geheugen.

 

Visueel geheugen

Hoe ziet het eruit als je het stuk speelt. Je kijkt naar de toetsen en weet waar je naartoe moet en welke vinger welke toets moet spelen. Dat is je visuele geheugen. Je traint het door steeds stukje voor stukje van de bladmuziek te spelen en het dan te herhalen terwijl je naar je vingers kijkt.
Tip: Probeer bij sprongen altijd te kijken waar je naartoe moet, en niet naar je handen zelf. Je handen volgen je ogen.

 

Fotografisch geheugen

Er is een tijd geweest dat men dacht dat je met een fotografisch geheugen geboren wordt, of niet. Inmiddels is men er via onderzoeken achter gekomen dat dit zeker iets is wat je kunt trainen en ontwikkelen. Natuurlijk is het heel handig als je hier heel sterk in ontwikkeld bent: ideaal als je precies in je hoofd hebt hoe de bladmuziek eruitziet. Je doet je ogen dicht en leest de noten vanuit je geheugen… Maar dat is niet iedereen gegeven, en ook niet noodzakelijk. Wat wel heel handig is, als je van de eerste bladzijde, of de bovenste helft ervan, het beeld in je hoofd hebt. Je weet dan de titel en componist, de toonsoort, de maatsoort de begintoon. Dan heb je al heel veel informatie in je hoofd zitten die waardevol zijn als je het stuk uit je hoofd wilt leren!

 

Bewust kijken

Dit fotografische geheugen train je door steeds heel goed naar de bladzijde te kijken, dan je ogen dicht te doen en je voor de geest proberen te halen wat je er nog van weet. Doe dit steeds aan het begin en eind van je oefensessie, en na een poosje weet je het!

 

Abstract geheugen

Hiermee bedoel ik het volgende. Als je vanuit je huis naar een bekende plek moet lopen, kun je vooraf een voorstelling maken hoe de route eruitziet. Je gaat de deur uit naar links, tot de volgende straat, je steekt over, komt langs de winkel…enz. In je hoofd zie je wat je tegenkomt en waar je heen moet. Dit is dus ook een vaardigheid die je in het dagelijks leven veel gebruikt.

 

Topsporters

Onder topsporters wordt er ook veel gebruik van gemaakt. Denk maar aan de skiërs die voordat ze de afdaling maken, “droog” aan het oefenen zijn. Of hardlopers die de sprint in hun hoofd al helemaal gelopen hebben, voordat ze aan de start verschijnen.
Hoewel muziek maken op een hoog niveau, zeker veel gemeen heeft met topsport, wordt er in de muziek nog niet zoveel gebruik van gemaakt. Maar als je een muziekstuk in je hoofd helemaal goed kunt “spelen” heeft dat grote voordelen!

 

Oefenen zonder te spelen

Het is niet echt gemakkelijk om te doen, dat geef ik toe. Maar als je een stuk goed in je hoofd hebt, kom je er een heel eind mee. Als je een stuk in je hoofd kunt spelen, kan je het overal repeteren, ook zonder instrument. En het grappige is, dat je het daardoor ook echt beter gaat spelen op je instrument! Natuurlijk is het belangrijk om het ook gewoon op je instrument te blijven oefenen. Dit is wel het hoogste niveau van uit je hoofd spelen!

 

Meer is beter

In het geval van uit je hoofd spelen geldt: hoe meer manieren je gebruikt om het uit je hoofd te leren, hoe beter. Iedereen heeft zo zijn eigen voorkeuren om bepaalde soorten geheugen te gebruiken. Maar probeer eens bewust een andere manier erbij te gebruiken, en kijk wat er gebeurt! Ik ben de afgelopen tijd met veel leerlingen hiermee bezig geweest, en vaak stonden ze versteld van wat ze allemaal konden onthouden!

Veel studeerplezier!