Start je met een nieuw stuk? Leuk! Je wilt er gelijk aan beginnen, en doet dat ook meteen. Je begint bij het begin. Dat valt nog niet mee, maar uiteindelijk heb je het helemaal doorgespeeld. En? Wat heb je ervan onthouden? Waarschijnlijk niet zo heel veel! Ben jij er klaar voor om het om een slimmere manier aan te pakken? Zo doe je dat:

Ga er even voor zitten

Ga nog niet gelijk met je instrument aan de slag, maar neem het stuk alleen even vóór je. Probeer het eens globaal door te lezen. Je zult verbaasd zijn over wat je allemaal over het stuk kunt ontdekken zonder dat je het gaat spelen. Let vooral op de volgende dingen:

De titel

Wat staat er allemaal boven het stuk? Kun je daaruit afleiden hoe de sfeer van het stuk is? Is het een vrolijk muziekstuk, is het bedoeld om op te dansen, of moet het juist langzaam gespeeld worden? Staat er een naam van de componist bij? Weet je iets over deze persoon, leeft hij of zij nog?

De maatsoort

Is het een vierkwartsmaat, of een walsje  een 6/8 ? Dit staat altijd vooraan de bovenste notenbalk naast de sleutel. Probeer je een voorstelling te maken van hoe de maatsoort klinkt.

Welke noten komen er in voor

Staan er mollen of kruizen vooraan de notenbalk? Of staan die bij sommige noten? Wat is de hoogste noot van het stuk? En de laagste noot? Zitten er veel grote sprongen tussen de noten, of liggen ze juist dicht tegen elkaar? Staan er akkoorden bij of komen er stukjes in voor waar je meerdere noten tegelijkertijd moet spelen?

Ritme

Zie je al gelijk lastige ritmes, zoals syncopen? Of zijn er juist heel veel lange noten die je extra goed moet tellen? Bedenk alvast hoe die ritmes moeten klinken.
De opbouw
Een stuk bestaat vaak uit verschillende delen. Denk aan couplet en refrein, een A en een B gedeelte, een intro, enz. Hoe zit dit stuk in elkaar? Worden er delen herhaald? Wat zijn de grootste verschillen tussen de delen.

Maak een inschatting

Welke stukken lijken je moeilijk? Waarom denk je dat die moeilijk zijn? Worden die nog ergens herhaald? Of worden er juist gemakkelijker gedeeltes herhaald?

Maak een plan

Nu wordt het tijd om eens te kijken of je het een beetje kunt spelen en of alles wat je gezien hebt ook overeenkomt met de praktijk. Dan wordt het tijd om een plan te maken. Het si niet altijd zo dat van voor naar achter studeren de meest handige manier is. Vaak is het slim om aan het eerste stukje te beginnen, maar ook om een moeilijk loopje erbij te nemen wat verderop staat. Moeilijke stukjes duren langer om erin te krijgen, dus kun je er beter maar zo vroeg mogelijk mee beginnen. Ook het slot van het stuk wil nog wel eens lastig zijn, ga daar dan ook al eerder mee beginnen.

Stukje voor stukje

Wanneer er gedeeltes zijn die je al gelijk vrijwel goed kunt spelen, hoef je die niet in stukjes te studeren. Maar wanneer het een echt lastig stuk is, werkt het het beste om steeds maar 1 of 2 maten tegelijk te studeren. Pas na vele herhalingen, wanneer het er goed in zit, ga je verder met de volgende maat.

Verbaasd

Wanneer je bovenstaande stappen volgt, zul je verbaasd zijn hoe ver je na een week al gevorderd bent. Een goed begin is het halve werk, gaat ook hierbij op!
Veel studeerplezier!
.

Gemotiveerd blijven studeren is niet zo gemakkelijk als het in eerste instantie lijkt. Wanneer je begint met het leren bespelen van een instrument is alles nog spannend en nieuw en ben je wel gemotiveerd. Maar hoe houd je die motivatie vast als je al een poosje bezig bent?

 

 

Onderzoek en ervaring

Er is best veel onderzoek gedaan naar hoe motivatie werkt. Dit alleen in meestal in de context van werk: hoe houd je werknemers gemotiveerd, of hoe blijf je als werknemer gemotiveerd. Behalve dat ik er veel over heb gelezen, heb ik in mijn jarenlange lespraktijk ook veel ervaring hiermee opgedaan. Omdat het een heel belangrijk ingrediënt is voor het leren maken van muziek, wil ik je er graag meer over vertellen.

 

Soorten motivatie

Je hebt er vast weleens van gehoord: Extrinsieke motivatie en Intrinsieke motivatie. Bij de eerste word je gemotiveerd door iets wat buiten jezelf ligt: bv. een beloning of angst voor straf. In het  tweede geval komt de motivatie vanuit een behoefte bij jezelf.

 

Een onverwacht antwoord

Ik herinner me nog goed de proefles van een leerling die nu alweer een tijd les bij mij heeft. Hij kwam met zijn moeder naar de proefles. Zoals ik altijd doe, vroeg ik ook aan hem waarom hij op les wilde komen. Meestal is het antwoord dat een bekende ook muziek maakt en dat dat zo leuk is. Maar nee, zijn onverwachte maar heel eerlijke antwoord was: “Nou, ik wil eigenlijk niet, maar papa vond het een goed idee!” Zijn moeder, een beetje in verlegenheid gebracht, zuchtte: “Tja, hij is wel eerlijk….” Ik moest erom lachen, ik kan het wel waarderen als een kind zo openhartig reageert! We zijn maar gewoon gaan proberen hoe hij het vond. Vooral zijn moeder was erg opgelucht dat hij het heel leuk bleek te vinden! In dit geval was het dus extrinsieke motivatie die overgegaan is in intrinsieke!

 

Andersom kan ook!

Heel gemakkelijk gebeurt het omgekeerde: je begint aan muziekles omdat je zelf graag muziek wil kunnen maken. Na een tijdje heb je wel al aardig wat geleerd, maar begin je ook in de gaten te krijgen dat er wel heel erg veel is wat je nog moet leren. En ook dat het nog veel tijd en moeite gaat kosten om zover te komen als je graag wilt! Hoe houd je het dan vol?

 

Tip 1: Werk naar een kleiner doel!

Je moet een doel hebben, het moet zinvol zijn wat je studeert. Zingeving is één van de belangrijkste voorwaarden voor intrinsieke motivatie. Je “grote doel”, om goed te kunnen spelen, is nog een beetje te ver weg om je motivatie vast te houden. Zorg er dus voor dat je altijd een kleiner doel hebt om naartoe te werken. Dat kan bijvoorbeeld zijn:

Een optreden

Een stuk wat je graag wil kunnen spelen

Een techniek die je onder de knie wilt krijgen

Enz…..

 

Tip 2: Maak het niet te gemakkelijk!

Hoe meer moeite je hebt moeten doen om iets onder de knie te krijgen, hoe meer waarde het voor je heeft. Als je iets gelukt is na een flinke tijd hard werken, heb je veel meer voldoening (wat motivatie oplevert) dan wanneer het van een leien dakje gaat. Hoewel het in eerste instantie voelt alsof iets gemakkelijks ook fijner is, blijkt uit onderzoek dat dit juist niet helpt om je gemotiveerd te houden. Ga dus de uitdaging aan!!

 

Tip 3: Een complimentje!

Ik zal altijd iemand een complimentje geven als hij/zij dat verdient! Niet alleen wanneer iemand een goed resultaat bereikt, maar ook als iemand gewoon heel hard zijn best heeft gedaan! Zo’n blijk van waardering zorgt ervoor dat je het gevoel hebt dat het waardevol is wat je hebt gedaan. Wat weer belangrijk is voor je motivatie. Het is ook de reden dat kinderen van mij een sticker krijgen wanneer ze het goed gedaan hebben: een tastbaar complimentje.  Nu ben ik niet altijd in de buurt om je een compliment te geven. Maak er daarom een gewoonte van om jezelf een compliment te geven wanneer je goed gestudeerd hebt of wanneer je iets gelukt is wat nog nooit eerder lukte. Misschien even wennen, maar het werkt echt!!!

 

 

Tip 4: Van jezelf

Hoe meer iets van jezelf is, hoe beter je gemotiveerd blijft. Het is dus goed om zelf een stuk uit te kiezen. Om zelf een eigen stuk te componeren of te improviseren. Doordat je er meer van jezelf hebt ingestopt, is het belangrijker geworden en leuker om te doen.

 

Conclusie

Hoewel ik altijd mijn stinkende best doe om mijn leerlingen gemotiveerd te houden, blijkt uit het bovenstaande verhaal wel dat je er toch zelf voor aan de slag moet. Sorry, makkelijker kan ik het niet maken. En dat wil ik ook niet want dat is niet goed voor je! 😉 Ga ervoor!!

 

Heel veel studeerplezier!

Het maken van muziek, lijkt veel op het maken van een verhaal. Wil je weten over hoe je verhalen kunt vertellen met jouw muziek? In deze blog kun je meer lezen over de overeenkomsten en hoe je die kunt gebruiken om jouw muzikale verhaal mooier te maken!

 

Lezen en muziek maken

Naast muziek maken, ben ik ook dol op lezen. Muziek is een taal is waar je verhalen mee kunt vertellen. Het werken met taal en het maken van muziek hebben naar mijn idee veel raakvlakken. Ik werd dan ook nieuwsgierig toen ik een boek tegen kwam over het lezen van verhalen: Reading Like a Writer, door Francine Prose. Het is misschien een raar trekje van mij, maar ik ben dan gelijk benieuwd, of wat er in staat over taal, lezen en schrijven, ook op gaat voor muziek. In deze blog vertel ik je wat ik ontdekt heb.

 

Neem de tijd

Tegenwoordig lijkt sneller altijd beter. We zijn altijd op zoek om zo snel mogelijk van A naar B te komen, onze computer moet vooral snel zijn, en ons werk moet zo snel mogelijk gebeuren. Wanneer je iets moet lezen, doe je dat vaak het liefst zo snel mogelijk en race je met je ogen over de regels heen. Dat laatste kan zinvol zijn als je in korte tijd de hoofdpunten gelezen wilt hebben. Maar volgens de schrijfster van bovenstaand boek, doe je jezelf en het boek tekort als je je ook op die manier door een boek heen worstelt! Het is juist belangrijk om af en toe even na te denken waar het over gaat en welke onderliggende lagen je kunt ontdekken.

 

En bij muziek?

Bij muziek werkt het precies hetzelfde! Natuurlijk kun je in een sneltreinvaart door een muziekstuk heen gaan. En wanneer het je doel is om notenlezen te trainen is dat prima als oefening. Maar als je echt van het muziekstuk wilt genieten, moet je de tijd nemen om het verhaal in te duiken. Nadenken over de opbouw van het stuk, de sfeer en hoe je het verhaal tot leven kunt laten komen. Dat zorgt ervoor dat het stuk veel meer waarde krijgt. Zowel voor jezelf als voor degene die naar je luistert wanneer je het speelt.

 

Kruip in het hoofd van de schrijver

Een schrijver heeft de beschikking over een enorm aantal woorden om een verhaal te schrijven. Volgens Francine Prose is het belangrijk om in het hoofd van de schrijver te kruipen en te bedenken waarom de schrijver nu precies dat woord heeft gebruikt. Waarom gebruikt hij “grootmoeder” en niet “oude vrouw” of de naam van de vrouw in die zin? Door haar aan te duiden als grootmoeder, wordt al gelijk duidelijk dat het gaat over familierelaties.

 

Woorden in de muziek

Ook hier gaat zeker de vergelijking op met muziek. Een paar noten die bij elkaar horen, zou je kunnen beschouwen als een woord. Waarom wordt dat “woord” (dat kan ook een akkoord zijn) daar gebruikt? Wat is de kracht van die paar noten bij elkaar? Wat voor een functie heeft het in die zin? Dit zijn ook allemaal vragen die je kunnen helpen om het stuk beter te begrijpen en daardoor mooier te spelen.

 

Muzikale zinnen

In het boek wordt zelfs gesproken over het belang van “ heldere, muzikale en ritmische zinnen”. Het is duidelijk dat je dit zo kunt toepassen op muziek. Duidelijk de zinnen in het stuk laten horen, zorgt ervoor dat de structuur van het stuk hoorbaar wordt. Hoe mooier en beter de zinnen lopen, hoe mooier het stuk wordt!

 

Paragrafen om op adem te komen

De paragrafen/alinea’s in een verhaal geven je even de ruimte om het gelezen stuk te verwerken. Je kunt even een iets langere adempauze nemen en het gelezen gedeelte te begrijpen en je voor te bereiden op iets nieuws.

 

Tussenslot

In de muziek komt dit ook voor. Wanneer je een duidelijk afgerond stukje in de muziek hebt, zie je vaak een dunne dubbele streep staan. Die streep helpt je, net als een nieuwe alinea, om te begrijpen dat er nu iets anders gaat komen. Hoewel er dan meestal geen echte “adempauze” in zit (je moet door blijven gaan in de maat) eindigt zo’n gedeelte wel vaak met een lange noot die ook als een rustpunt fungeert.

 

De beste schrijvers laten je verlangen naar méér!

Wanneer een verhaal goed is geschreven, dan blijf je lezen. Als ik een boek aan het lezen ben wat ik echt spannend vind, dan voelt het als een soort verslaving: ik wil meer!!!

 

De beste muziek verveelt niet

Wanneer een stuk je echt te pakken heeft, dan kan het zo maar zijn dat je er de rest van je leven mee bezig blijft. Je ontdekt er steeds nieuwe dingen in, en kan er maar over blijven denken waarom het toch zo mooi is.

 

Details maken het levendig

Kleine dingen in een verhaal, kunnen ervoor zorgen dat je aandacht gelijk gepakt wordt. Hoe de schrijver daaraan gedacht heeft, kun je jezelf op zo’n moment afvragen! Ook in de muziek geldt dat de kleine details en nuances een groot verschil kunnen maken. Het kan een stuk laten leven. Aandacht voor het kleine is dus zeker belangrijk! De manier waarop je een noot speelt: hard,zacht, legato, staccato, vol overgave of voorzichtig…… het bepaalt de sfeer van het stuk!

 

Houd jij ook van verhalen en muziek? Maak dan voortaan een verhaal van je muziek, je publiek zal het zeker waarderen!

 

Veel studeerplezier!

Wanneer je een stuk uit je hoofd kan spelen, heb je je muziek altijd bij je!

Je ziet het tegenwoordig steeds vaker: een piano of vleugel op een openbare plek zoals een treinstation of ziekenhuis, waar je op mag spelen. Leerlingen die niet gewend zijn om een stuk uit hun hoofd te spelen zeggen dan: “ja, jammer! Ik kon niet spelen want ik had mijn bladmuziek niet bij me!” Een gemiste kans! Misschien toch wel handig om eens iets uit je hoofd te leren spelen? Lees hieronder hoe je dat aan kunt pakken.

 

 

Nog meer redenen

Voor de meeste leerlingen die graag iets uit hun hoofd willen leren, geldt toch wel een vergelijkbare reden zoals hierboven beschreven. Het is ook ideaal als je een stuk gewoon overal kunt spelen, zelfs al heb je verder niets bij je! Toch kan ik je nog meer redenen geven. Zo heb ik stukken uit mijn hoofd geleerd omdat:
– er grote sprongen in zitten, en ik dan liever naar mijn handen kijk dan naar de bladmuziek.
– het een lang stuk is waarbij ik vaak blaadjes om moet slaan. Daar heb ik een grote hekel aan, dus als het niet zo te kopiëren en plakken valt dat het op mijn lessenaar past, leer ik het liever uit mijn hoofd! (Gewoon gemakzucht dus 😉 !)
-ik vind dat de bladmuziek me verhindert om helemaal in de muziek op te gaan en er echt iets moois van te maken. Dat is vaak bij heel moeilijke stukken.
-ik het fijn vind om met mijn ogen dicht te spelen.
Allemaal redenen om een stuk uit je hoofd te willen leren.

 

 

“Ja maar ik kan dat niet!”

Dat zeggen en denken veel leerlingen. Misschien kan je het nu nog niet, maar je kan het zeker wel leren! Er zijn verschillende manieren om een stuk uit het hoofd te leren spelen, en er is één, of misschien wel meerdere, die ook voor jou werkt! Welke manier(en) dat is/zijn, hangt samen met jouw leerstijl.

 

 

Visueel

Ben je visueel ingesteld, dan leer je graag door te kijken, en kan je waarschijnlijk goed onthouden hoe je bladmuziek eruitziet. Probeer eens het volgende: kijk een minuut lang naar een bladzijde met bladmuziek (kies om te beginnen iets uit wat niet moeilijk is). En kijk bewust om te onthouden. Doe daarna je ogen dicht en probeer zo duidelijk mogelijk de bladzijde voor je te zien. Probeer of je er een stukje van kunt spelen ( zonder te spieken! )

 

 

Auditief

Wanneer je graag dingen op gehoor naspeelt, en je liever geen noten leest, leer je graag auditief. De kans is groot dat je al wel stukken uit je hoofd kan spelen. Aangezien je noten eigenlijk alleen maar lastig vindt, ligt jouw uitdaging meer in het noten lezen dan uit je hoofd spelen.

 

 

Motorisch

Een muziekinstrument bespelen, is voor een groot deel een motorische aangelegenheid. Wanneer je een stuk goed kunt spelen, gaan je vingers bijna vanzelf. Heb je weleens gehad dat je er met je hoofd niet helemaal bij was en dat je toch het stuk helemaal had gespeeld? Dan heeft je motorische geheugen het werk voor je gedaan. Dit kan zeker vóór je werken wanneer je uit je hoofd wil spelen, maar helaas ook tégen je. Het gaat meestal goed wanneer je op de automatische piloot het stuk speelt. Maar Wanneer je na gaat nadenken en gaat twijfelen over wat je doet, raak je eruit. En wanneer je dan alleen op je motorische geheugen vertrouwt, lukt het vaak niet om door te spelen. Maar in combinatie met een andere manier van onthouden, werkt het prima!

 

 

Analytisch

Als jij altijd het naadje van de kous wilt weten, waarom het zo is en hoe het werkt, dan is dit een goede leer manier voor jou! Maar ook als één je van de andere manieren prefereert, is dit een heel goede aanvulling om te gebruiken. Wanneer je eerst het stuk goed hebt bestudeerd; hoe de opbouw in elkaar zit, waar de herhalingen zitten, hoe de akkoorden in elkaar overgaan, hoe de muzikale zinnen precies lopen, dan heb je veel informatie om op terug te vallen. Doordat je het stuk echt begrijpt, kun je het onthouden.

 

 

Creatief

Misschien heb je er wel over gehoord; mensen die een hele lijst dingen kunnen onthouden door ze in gedachte te plaatsen in kamers van een denkbeeldig huis. Doordat je voor jezelf een soort verhaal maakt bij wat je moet onthouden, kun je veel meer onthouden. Deze techniek kan fantastisch werken. Iets dergelijks deed ik als kind vaak met muziek. Wanneer ik een muziekstuk leuk vond, maakte ik er in mijn hoofd een verhaaltje bij dat (in mijn beleving) helemaal erbij hoorde. Door dat verhaaltje, wat zich tijdens het spelen van het stuk als een soort film in mijn hoofd werd afgespeeld, kon ik de muziek gemakkelijk onthouden. Het grappige vind ik nog steeds dat ik toen het idee had dat iedereen dat altijd deed. Mijn verbazing was zo groot toen ik er per ongeluk een keer achter kwam dat dat niet zo was! Dat vond ik onbegrijpelijk!

 

 

Ik daag je uit!

Ga eens proberen om een stuk uit je hoofd te leren. Kies een manier die je aanspreekt en probeer die uit. Maar probeer daarbij altijd ook ter ondersteuning minimaal 1 andere manier uit. Dat zorgt ervoor dat je ook in wat lastigere omstandigheden (zoals spelen met publiek erbij) wat steviger in je schoenen staat. Ontdek jij zelf nog een andere manier die werkt? Ik hoor het graag van je!

 

 

Veel studeerplezier!

 

In mijn vorige blog: “Perfectionisme + Faalangst = Uitstelgedrag” had ik het erover dat je eigen taalgebruik belangrijk is. Wanneer je “ik moet” vervangt door “ik wil” kijk je automatisch positief tegen dingen aan en krijg je meer zin om aan de slag te gaan. Dit komt doordat je onderbewuste dat wat jij zegt (of denkt) als “de waarheid” ervaart. Door je bewust te zijn van hoe je taal gebruikt, kun je voordelen behalen bij het bereiken van je doelen. Ik zal je uitleggen hoe.

De roze olifant

Als ik tegen je zeg: “denk niet aan de roze olifant” Wat gebeurt er dan? Je denkt automatisch aan een roze olifant! Van dat wat je hoort zeggen (of tegen jezelf zegt), krijg je als vanzelf er een beeld bij. Stel dat je denkt: “Wat een enge trap, straks val ik nog naar beneden!” Wat gebeurt er dan met je? Je ziet jezelf al onderaan die trap liggen met een gebroken enkel of erger.  Je bent gelijk gespannen en de kans dat je valt wordt eerder groter dan kleiner.  Terwijl als je tegen jezelf zegt: “Dat is een steile trap, ik doe het rustig aan dan kom ik veilig beneden.” Dan heb niet gelijk voor ogen wat een rampen er kunnen gebeuren. Je blijft kalm en ontspannen en komt ook veilig beneden!

 

Bedenk positieve doelen

Wanneer je gaat studeren, of optreden, en je zegt vooraf tegen jezelf: “Ik wil geen fouten maken!” Dan focus je op de fouten en gaat automatisch daar je aandacht naartoe. Dat wil je juist niet! Stel je zelf dus liever als doel: “ik wil mooi spelen!”

 

Sneller leren

Als je aan het studeren bent, wil je graag dat je vooruitgang boekt. Door op een slimme manier je doelen te stellen en die positief te formuleren, zorg je ervoor dat je ook daadwerkelijk beter gaat presteren. In 1996 is er onderzoek gedaan onder studenten. De studenten werden verdeeld in 2 groepen.  De ene groep lieten ze voor zichzelf duidelijke, positieve en haalbare doelen stellen. De andere groep deed dat niet. De resultaten van beide groepen werden bijgehouden. Aan het einde van het onderzoek bleek de eerste groep bleek veel beter gepresteerd te hebben dan de 2e groep. Het helpt blijkbaar dus echt!

 

Hoe pas je het toe bij je muziekstudie?

Maar hoe doe je dat dan: duidelijke, haalbare en positieve doelen stellen?

Wanneer je een nieuw stuk hebt opgekregen om te gaan studeren, kan het zo maar zijn dat je moeite hebt om eraan te beginnen. Je ziet ertegenop omdat het je (te) moeilijk lijkt. Probeer het dan eens aan te pakken als volgt:

Dag 1, doel: het stuk beter leren kennen en begrijpen

Bekijk het stuk nauwkeurig

  • Welke toonsoort heeft het
  • In welke maatsoort staat het
  • Hoe is het stuk opgebouwd (couplet en refrein, AABA vorm, of anders)
  • Zitten er stukjes in die je niet zo moeilijk lijken?
  • Wordt er veel herhaald?
  • Misschien kun je er een uitvoering van vinden op internet en die beluisteren

Dag 2, doel: de eerste 2 maten in een langzaam tempo kunnen spelen

  • Kijk eerst zorgvuldig naar de vingerzetting en welke noten het zijn
  • Deel het op in nog kleinere stukjes: alleen de eerste maat, daarna pas de 2e, dan achter elkaar.

Dag 3, doel: weer 2 maten erbij leren (in een langzaam tempo!)

  • Doe dan nu niet maat 3 en 4, maar de laatste 2 maten van het stuk! Vaak is de slotmaat best lastig, dus hoe eerder je ermee begint, hoe vaker je het oefent en hoe beter het gaat!

Ga zo door met steeds een klein stukje per dag erbij, en blijf ook herhalen wat je ervoor hebt gedaan.

 

Langzaam maar zeker

Je zult het idee hebben dat je op deze manier niet hard vooruit gaat. Dat is misschien wel zo, maar bedenk dit: na de eerste week oefenen heb je dan al wel een aardig idee hoe het stuk in elkaar zit en kun je al 10 maten spelen. Als je daarentegen er zo tegenop blijft zien dat je geen zin hebt om te studeren en het vervolgens steeds uitstelt, kom je geen steek verder!smoezen top 10

 

Veel studeerplezier!

 

 

Adem – adem halen- adem pauze: daar gaat deze blog over! Wanneer je denkt dat deze blog alleen interessant is voor mensen die een blaasinstrument bespelen, heb je het mis! Ademhalen op de juiste manier is belangrijk voor iedereen en hoe je adempauzes in je muziek laat horen bepaalt voor een groot deel hoe goed het klinkt. Lees verder voor tips waar je op moet letten!

 

Ademen doe we allemaal, heel de dag door. Je denkt er meestal niet bij na omdat het vanzelf gaat. Toch is het slim om er wat vaker juist wel bij na te denken. Al helemaal als je muziek aan het maken bent!

 

Tip 1: adem rustig en laag in je buik

Wanneer je gespannen bent, heb je de neiging om je borstspieren te gaan gebruiken bij je ademhaling. Veel mensen zijn inmiddels zo aan zo’n hoge ademhaling gewend geraakt dat ze het moeilijk vinden om met de buik adem te halen. Toch heeft dit grote voordelen! Bij een buikademhaling gebruik je minder spieren waardoor het minder inspannend is. Je kunt je dus beter ontspannen. Dit is voor blazers een voorwaarde om een mooie toon uit het blaasinstrument te krijgen. Maar ook als je piano speelt, lukt het beter wanneer je lichaam zo ontspannen mogelijk is. Meer hierover: https://www.dokterdokter.nl/gezond-leven/bewegen/de-beste-techniek-bij-ademhalen/

Tip 2: haal “adem” in je muziek

Misschien heb je het wel eens gehoord/gezien: iemand die een blaasinstrument bespeelt en daarbij een “continue ademtechniek” gebruikt. Het is mogelijk om door je neus in te ademen terwijl je blaast. Je kunt dan heel lang achter elkaar doorblazen. Ik vind het een heel knappe techniek, maar vreselijk om aan te horen. Ik krijg het er benauwd van! Het is iets onnatuurlijks en mijn

lichaam reageert daarop. Gelukkig is het bij veruit de meeste muziek ook juist de bedoeling dat je adem haalt, dat geeft voor een groot deel dan de structuur aan het muziekstuk. Wanneer je een blaasinstrument speelt, moet je op het juiste moment adem halen, maar ook wanneer je een toetsinstrument bespeelt moet je goed laten horen waar de adempauze zit! Vaak wordt dit in de muziek aangegeven door bogen boven of onder de noten, de legato bogen. Tussen de bogen in zit de adempauze.

Tip 3: zingen

Wanneer er geen legato bogen in een stuk staan, en je het moeilijk vindt om te bepalen waar de adempauze  zit, ga het zingen! Wanneer je de melodie zingt, merk je vaak vanzelf waar het een logische plek is om adem te halen. Dat is aan het einde van een muzikale zin. Net zoals er in een geschreven verhaal zinnen staan en je na een punt of bij een komma adem haalt, doe je dat ook na een muzikale zin. Staat er tekst bij? Dan kun je daar ook steun aan hebben!

 

Tip 4: hoe doe je dat?

Oké, je moet dus ademhalen om de muzikale zinnen in een stuk mooi hoorbaar te krijgen. Daardoor wordt het een stuk fijner om naar die muziek te luisteren. Maar hoe doe je dat?

Door de laatste noot van de muzikale zin een fractie korter te maken en de eerste noot van de nieuwe zin precies op tijd te laten beginnen. Er ontstaat dan een hele korte rust tussen de 2 zinnen in, waardoor de “adempauze” hoorbaar wordt. Ook als je geen blaasinstrument bespeelt!

 

 

Veel studeerplezier!

Wat is “talent”? Wanneer heb je “talent”? Het antwoord hierop is afhankelijk aan wie je de vraag stelt. Volgens Wikipedia is het een begaafdheid of aangeboren aanleg. Hieronder mijn antwoord in de vorm van een voorbeeld!

 

 

Ik heb een leerling van 6 jaar, die begonnen is met keyboardles toen hij net 5 was geworden. Eigenlijk wilde hij liever drums gaan spelen, maar daar kon hij nog geen les op krijgen omdat hij daar te klein voor was. Keyboard was zijn tweede keus. Wat niet betekent dat zijn enthousiasme daardoor minder was! Hij was en is helemaal gek op muziek maken. Hij zit dagelijks op het keyboard te oefenen en van alles uit te proberen. Inmiddels heeft hij een begin gemaakt met noten leren lezen, kan hij al een stuk of 8 verschillende akkoorden spelen, stelt hij zelf het keyboard in en is hij al aardig op weg in het 3e deel van de methode Keyboard World. Hij treedt regelmatig op, vind dat geweldig en doet dat ook heel goed. Mensen die naar hem luisteren zeggen dan vaak: “Wat een talent!”

Ja, dat klopt, hij is een talent! Maar niet omdat hij met talent geboren is!

Geboren met talent?

Mensen denken vaak dat je ermee geboren wordt, maar waar je hooguit mee geboren wordt is liefde voor muziek. En  wie houdt er nu niet van muziek?

De opa van deze jongen, waar hij heel veel mee optrekt, is helemaal gek op muziek maken! Muziek is hem dus met de paplepel ingegoten en muziek maken is gestimuleerd vanaf het moment dat hij een toets kon aanslaan!

Talent en doorzettingsvermogen!

Verder heeft deze jongen een enorm doorzettingsvermogen en is hij totaal niet bang om fouten te maken. Wanneer het niet lukt, gaat hij gewoon net zo lang door totdat het wel lukt! En zijn plezier wordt er ook niet minder om!

Een paar dagen voor hij weer zou gaan optreden, gingen we tijdens de les de liedjes uitzoeken die hij zou gaan spelen. Het eerste liedje wat hij wilde gaan doen, had hij al een tijdje niet gespeeld. Het ging de eerste keer niet zo goed. Denk je dat hem dat ook maar enigszins ontmoedigde of zenuwachtig maakte? Welnee! Toen ik zei: “Dat ging nog niet zo heel goed hè? Zullen we het nog een keer oefenen?” Was zijn enthousiaste reactie: “Ja leuk, nog een keer!!” En toen het de tweede keer ook nog niet foutloos ging, speelde hij het vol enthousiasme gewoon nog een keer! En toen lukte het wel.

Vertrouwen in het resultaat

Wanneer hij iets nieuws moet leren, wat voor hem best moeilijk is, gaat hij er gewoon van uit dat het uiteindelijk makkelijk wordt. Met die inzet lukt het hem ook om het snel in de vingers te krijgen. Laatst had hij zich suf geoefend op het C7 akkoord. Met zijn kleine handen kan hij dat net pakken, maar dan ook echt nog maar nèt! Met als gevolg dat het in een liedje eigenlijk niet te doen was voor hem. Hij geeft dan aan dat het moeilijk is, maar zal het nooit opgeven. Ik heb hem toen zelf gestimuleerd om voorlopig nog maar even 1 noot weg te laten zodat het wat gemakkelijker is om te spelen. In ieder geval tot zijn handen wat groter zijn. Anders zou hij gewoon blijven worstelen met dat akkoord, desnoods tot zijn handen gegroeid zijn, maar dat is nu ook weer niet nodig!

Conclusie

Vind je nu nog dat deze jongen met talent is geboren? Of denk je ook dat zijn talent vooral bestaat uit: Een grote liefde voor muziek en de bereidheid om er hard voor te werken en nooit op te geven?

Wellicht heb jij ook meer talent dan je denkt!

 

Veel studeerplezier!

Je hebt je serieus voorgenomen om goed te gaan studeren. Je begint ermee maar voelt na een paar minuten de frustratie al opborrelen: Het lukt voor geen meter! Wat nu? Herkenbaar?

 

 

 

Dan ben je zeker niet de enige! Voor mij is het in ieder geval wel heel herkenbaar! Ik kan me nog zo goed herinneren dat ik als kind tijdens het oefenen soms enorm gefrustreerd raakte wanneer ik vond dat ik iets moest kunnen, en het lukte niet! Ik zat dan gewoon te huilen achter mijn instrument van boosheid. Mijn ouders probeerden mij dan te kalmeren en af te leiden. Maar, zo eigenwijs als ik was, dat viel niet mee! Tegenwoordig weet ik gelukkig beter hoe ik er mee om moet gaan en dat is heel prettig! Ben je benieuwd hoe? Met dit stappenplan kan jij het ook!

Het stappenplan.

Stap 1: reageer op tijd!

Wat ik in ieder geval fout deed, was dat ik veel te lang doorging. Als je doorgaat totdat je frustratie zo erg is dat je het liefste ergens mee gaat smijten, wordt het moeilijk. Dan ben je vaak al zover dat je afhaakt en stopt met studeren. Dat is niet fijn, dan heb je een dubbel slecht gevoel over jezelf, want: het wilde niet lukken (dat voelt alsof je dom bent) en je hebt ook niet gestudeerd zoals je jezelf had voorgenomen. Dat zorgt ook voor een gevoel van falen, waardoor je voorlopig weinig zin hebt om weer te gaan studeren. Niet goed!

Stap 2: denk na

Zodra je voelt dat het de verkeerde kant op gaat, moet je even stoppen en nadenken. Stel jezelf de volgende vraag: wat lukt er precies niet? Is het een bepaald stukje? Maak je steeds andere fouten?

Stap 3: waarom?

Waarom lukt het niet? Ben je te moe om je te concentreren, of ben je om iets anders afgeleid? Is het te moeilijk? Heb je hulp nodig? Of moet je het anders aanpakken? Is het je in het verleden wel weer gelukt, en wat deed je toen?

Stap 4: conclusie

Nu je erover nagedacht hebt wat er precies aan de hand is, ben je zeer waarschijnlijk al weer wat rustiger geworden. Je kunt nu bedenken wat je nodig hebt en een andere strategie uitstippelen.

Stap 5: bepaal je vervolgstap

Een paar voorbeelden.

-Ben je erg moe en kun je je niet concentreren? – Ga dan niet te lang door. Speel een paar stukken die je fijn vindt om te spelen en ga met het moeilijke verder als je beter uitgerust bent.

-Wordt je door iets anders afgeleid?- Probeer dat dan op te lossen voor je verder gaat.

-Begrijp je het niet of kom je er niet uit? – Probeer hulp te krijgen, of ga speuren op internet, of ga iets anders doen totdat je hulp kunt krijgen.

-Lukt een bepaald moeilijk stukje niet?- verander je studeer strategie ( misschien heb je iets aan deze blog: Lastige loopjes? Denk makkelijk! )

Ik hoop dat dit stappenplan je inspireert om op een prettige manier te studeren!

 

Veel studeerplezier!

 

Je weet wel hoe het moet, maar op de één of andere manier wil het niet lukken. Je probeert het nog een keer, en nog een keer. Het lukt nog steeds niet. Je denkt: wat een gestuntel, ik kan er niets van!

Herkenbaar?

Dan ben je daar niet alleen in!

 

Lees in deze tips hoe je daar het beste mee om kunt gaan.

 

Verwachtingen

Ik merk vaak bij leerlingen dat ze snel gefrustreerd raken wanneer in zo’n situatie zitten. Wel weten hoe het moet, maar het toch niet voor elkaar krijgen. Toch is het niet reëel en ook niet handig om daardoor gefrustreerd te raken. Iets weten is nu eenmaal iets heel anders dan iets kunnen! Om iets te kunnen moet je veel meer in werking stellen dan bij alleen iets begrijpen. Begrijpen doe je alleen met je verstandelijke vermogen. Voor de  uitvoering ervan, moet je veel dingen doen die een heel precieze coördinatie vereisen. Dat is andere koek!

 

Alles moet je leren

Alles wat je nu kunt, heb je ooit moeten leren: lopen, praten, fietsen, enz. Dat heb je allemaal geleerd door het ontelbaar keren te proberen, ontelbaar keren onderuit te gaan, en toch te blijven proberen. Dan komt er een periode dat je een paar stapjes kunt zetten, een paar woordjes kunt zeggen, een klein stukje rechtuit kunt fietsen. Maar om het echt goed te kunnen is nog heel veel meer oefening nodig! Als je in die periode van je leven ook had gedacht: “ Wat een gestuntel, ik leer het nooit!” , had je het waarschijnlijk opgegeven en nooit leren lopen, praten, fietsen…

 

De juiste instelling

Fouten maken hoort erbij. Natuurlijk zou het leuk zijn als je het na 3 keer spelen altijd foutloos zou doen. Maar helaas, zo werkt het niet! Wanneer je daar gefrustreerd om raakt, maak je het jezelf alleen maar moeilijker. Niet doen dus! Wanneer je de frustratie op voelt komen, denk dan maar: ik krijg hier geen blauwe plekken van, of een tand door mijn lip, zoals bij leren lopen. Het hoort erbij!

 

Leren van je fouten

Het is een leerproces en geen gestuntel. Wanneer je dat geaccepteerd hebt, kun je jezelf gaan concentreren op het ontdekken wat er precies mis gaat en waardoor dat komt. Misschien is een andere vingerzetting beter, houd je je handen niet op de juiste plek, moet je een bepaalde vinger meer aandacht geven, kun je toch beter een langzamer tempo nemen..

 

Oefen het in kleine stukjes

Wanneer je een moeilijk stuk in studeert, doe het dan in kleine stukjes. Neem een maat, of zelfs een gedeelte van een maat wanneer het heel moeilijk is, en speel dat net zolang achter elkaar, totdat je het minimaal 3 keer foutloos achterelkaar kunt spelen. Neem dan op zelfde manier het volgende stukje onder handen. Wanneer dat ook 3 keer foutloos is gelukt, speel je beide stukjes achter elkaar. Lukt dat ook? Dan ga  je weer een maat verder.

 

Het gaat sneller dan je denkt

Het lijkt misschien dat het op deze manier heel lang duurt voordat je het hele stuk kunt spelen. Toch wil ik je uitdagen om het te proberen. Je zult verstelt staan hoe goed het werkt! Regelmatig help ik een leerling op deze manier in de les een stukje in te studeren. Wat in een week thuis oefenen niet gelukt is, lukt dan vaak al in 10 minuten.

 

Conclusie

Wanneer je precies weet hoe het moet, maar het lukt niet?

Tip 1:

Oefen dan in kleine stukjes, en speel zo’n stukje van bv. Een maat eindeloos totdat het goed gaat.

Tip 3:

Let goed op wat er precies niet goed gaat en schenk daar aandacht aan.

Tip 3:

Zie het niet als gestuntel maar als een leerproces.

Tip 4:

Blijf volhouden! Zo heb je ook leren lopen!

 

Veel studeerplezier!

 

Wolfgang Amadeus Mozart staat bekend als een wonderkind. Hij componeerde al op jonge leeftijd en trad als jong kind al op. Het bewijs dat muzikaliteit iets is waar je mee geboren wordt! Of toch niet?

De laatste jaren is men steeds meer gaan beseffen dat wanneer je ergens erg in uitblinkt, er altijd een periode aan vooraf is gegaan van veel, hard en intensief studeren. Met dit in het achterhoofd is men ook gaan onderzoeken hoe het nu zat met het wonderkind Mozart.

 

 

Vader

De vader van Mozart was zelf musicus en muziekdocent. Als peuter luisterde Mozart al geboeid naar de lessen die zijn vader gaf aan zijn oudere zus. Het duurde dan ook niet lang voordat hij zelf ook les kreeg van zijn vader. Op 3 jarige leeftijd kon hij al eenvoudige klavierstukjes binnen een half uur uit zijn hoofd spelen. Rond zijn vijfde jaar trad hij voor het eerst op. Zijn vader zag daar niets verkeerds in en stimuleerde Mozart om veel met muziek bezig te zijn. Mozart vond spelletjes alleen maar leuk wanneer er muziek aan te pas kwam. Zijn hele leven draaide om muziek. Ook dicteerde hij op 5 jarige leeftijd al zijn eigen kleine composities, die zijn vader voor hem opschreef. Omdat hij het niet zelf opgeschreven heeft, is het moeilijk te achterhalen in hoeverre zijn vader er invloed op heeft gehad. Hoewel het natuurlijk heel knap is om met 5 jaar al te kunnen componeren en optreden, is het toch wel duidelijk dat deze muzikaliteit niet uit de lucht is komen vallen. Want op zijn 5e jaar was hij toch al 3 jaar hele dagen met muziek bezig!

Absoluut gehoor

Een absoluut gehoor houdt in dat je, wanneer je een toon hoort, gelijk weet welke dat is. Het is bekend dat ook Mozart een absoluut gehoor had. Lange tijd heeft men gedacht dat je ermee geboren wordt, of niet, net als met talent.

Proef

In 2014 is er door de Japanse psycholoog een proef uitgevoerd met 24 kinderen van 2 tot 6 jaar. Een paar maanden trainde ze het gehoor van deze kinderen, meerdere keren per dag. Hoewel het geen kinderen waren die daarvoor al veel met muziek in aanraking waren geweest, hadden deze kinderen na een paar maanden ALLEMAAL een absoluut gehoor!
Ik moet dan altijd aan dat programma “Mythbusters” denken. De stelling: “Een absoluut gehoor kun je niet krijgen door te trainen want je wordt ermee geboren of niet.” Busted!

Het is te leren!

Om ergens heel goed in te kunnen worden, moet je het soort geheugen trainen waarmee je een beeld of een beweging voor de geest kunt halen. Dit kun je trainen door doelmatig en gefocust te oefenen. Je moet toewerken naar gestelde doelen. Je hebt een goede docent nodig die je feedback geeft en je moet die feedback continu te verwerken. Dat betekent ook het verlaten van je comfortzone.

Conclusie

Onder de juiste omstandigheden, onder leiding van een expert, kan iedereen uitzonderlijke prestaties verrichten wanneer er op de juiste manier hard getraind wordt.
Mozart was uitzonderlijk goed doordat hij heel veel tijd, energie en liefde stopte in zijn grote passie. Daarbij had hij de juiste begeleiding.

Jij kunt het ook leren!

Je hoeft geen Mozart te worden om te genieten van zelf muziek maken!
Wanneer jij je tijd, energie en liefde stopt in het maken van muziek, zal ook jij het leren met de begeleiding van een goede docent. Je zult waarschijnlijk geen tweede Mozart worden, maar dat is ook niet een voorwaarde om van muziek maken te kunnen genieten!

Veel studeerplezier!