De kwintencirkel is een handig hulpmiddel om erachter te komen hoeveel en welke kruizen of mollen er in een toonladder/toonsoort zitten. Deze keer behandel ik de binnenkant van de kwintencirkel, waar de toonladders met de mollen staan.

 

Wanneer je naar de afbeelding hieronder van de kwintencirkel kijkt, valt je wellicht op dat er in de binnenkant letters staan met 2 mollen erbij. Laat je hierdoor niet afschrikken, want daar zal je weinig tot nooit mee te maken krijgen. Het ziet er ook nog eens indrukwekkender uit dan het ingewikkeld is 😉 Maar laten we maar eens kijken hoe het werkt!

 

Tegen de klok in

De kruizen toonladders staan aan de buitenkant. En steeds als je met de klok mee een plekje verder gaat, komt er een kruis bij. (zie voor uitgebreide uitleg: )

De toonladder die mollen hebben, vind je aan de binnenkant van de kwintencirkel. Je begint weer bovenaan met de toonladder van C die géén kruizen of mollen heeft. Het rode pijltje geeft al aan dat je aan de binnenkant van de cirkel tegen de klok in moet bewegen om naar de toonladder te gaan die 1 mol heeft: F. De F is een kwint lager dan de C. Dus waar je bij de kruizentoonladders steeds een kwint omhoog gaat om bij de volgende te komen, ga je bij de mollen toonladders steeds kwint omlaag!

 

Kwint omlaag

Wanneer je binnen de toonladder van F weer een kwint (5) omlaag gaat, kom je uit op de Bb. Er zit immers geen B maar een Bb in de toonladder van F. De toonladder van Bb heeft dus 2 mollen. Wanneer je in de toonladder van Bb weer een kwint naar beneden gaat, kom je op de Eb, enz.

 

Welke mollen?

Net zoals je de volgorde van de kruizen in de kwintencirkel vinden kunt, kan je ook de mollen vinden. De eerste mol is altijd de Bb, de 2e is altijd de Eb, de 3e de Ab, enz. Ook weer tegen de klok in kijken dus!

 

Is het je opgevallen?

Wat aan de buitenkant staat is steeds dezelfde toets als aan de binnenkant! Een F is immers hetzelfde als een verhoogde E: E#, een Bb is hetzelfde als een A#, enz.

Dat is ook de reden dat je van de kruizentoonladders het meeste de toonladders t/m 6 kruizen zult gebruiken, en van de mollen toonladders die t/m 6 mollen. Want als je mag kiezen tussen een toonladder van F, met 1 mol, of die van E#, met 11 kruizen, dan denk ik dat je F kiest! (Zou ik in ieder geval wel doen…). Of als je mag kiezen tussen de toonladders van D met 2 kruizen, of Ebb met 10 mollen? Ik zou het niet moeilijker maken dan nodig….

 

Om te oefenen:

Neem een willekeurige toon en kijk hoeveel kruizen of mollen erin zitten als je op die toon een toonladder maakt.

Kijk ook welke kruizen of mollen erin zitten.

Probeer de toonladder te spelen

Herhaal het voorgaande op andere tonen

Vind je het te moeilijk? Begrijp je iets niet? Wil je iets anders weten? Vertel het me! Ik hoor graag hoe ik je verder kan helpen!

 

Veel studeerplezier!

Deel 1 : toonladders met kruizen

De kwintencirkel, heb je er wel eens van gehoord? Het is een hulpmiddel om snel te weten te komen hoeveel kruizen of mollen er in een toonladder/ toonsoort zitten. Maar je kunt er nog meer informatie uit halen!

 

Voor wie is dit interessant ?

  • Muzikanten die meer willen weten over toonladders en toonsoorten
  • Muzikanten die beter willen begrijpen hoe het werkt met kruizen en mollen
  • Iedereen die het leuk vindt om meer te weten over muziektheorie en hoe logisch dat in elkaar zit

 

Wat je eerst moet weten

Wanneer je nog erg weinig weet over toonladders, raad ik je aan om eerst deze blog te lezen

https://muziekstudio-legato.nl/toonladders-studeren-zin-onzin/

Wanneer je eerst nog wat basisinformatie over kruizen en mollen wilt lezen:

https://muziekstudio-legato.nl/kruizen-en-mollen-hoe-zit-dat-nou/

 

Kruizen en mollen

Aan het einde van mijn blog https://muziekstudio-legato.nl/toonladders-studeren-zin-onzin/ kun je lezen dat je kunt ontdekken welke toonladder er bij een stuk hoort door te kijken naar de kruizen of mollen die vooraan de notenbalk staan, en naar de slottoon of het slotakkoord.

Stel dat er 4 kruizen vooraan de notenbalk staan, en je hebt geen idee welke toonladder er 4 kruizen heeft, hoe kom je daar dan achter? Je kunt kijken wat het slotakkoord is en dan daar de toonladder bij uit gaan rekenen en kijken of die inderdaad 4 kruizen heeft. Maar er is een snellere manier!

 

De buitenkant van de Kwintencirkel

Door de kwintencirkel te gebruiken, kun je het in één oogopslag zien! Ik zal uitleggen hoe het werkt.

 

De kwintencirkel heeft een indeling als de wijzerplaat van een klok, een cirkel die in 12 gelijke delen is verdeeld. Bovenaan staat de C op de 12. Met de klok mee aan de buitenkant zie je op de 1 G staan, op de 2 D, op de 3 A, op de 4 E, enz. Het getal waar de letter bij staat, geeft aan hoeveel kruizen er in die toonladder zitten. Dus de majeur toonladder van E heeft 4 kruizen.

 

Steeds een kwint omhoog

De kwintencirkel heeft zijn naam te danken aan de afstanden tussen de toonladders. Een kwint omhoog is een kruis erbij. Het werkt zo:

Wanneer je vanaf de C 5 tonen ( dat is een kwint) omhoog gaat, kom je terecht op de G. De toonladder van G heeft 1 kruis. Wanneer je de 5e toon van de toonladder van G opzoekt, kom je op de D. De toonladder van D heeft 2 kruizen. Wanneer je de 5e toon van de toonladder van D opzoekt, kom je uit op de A. Je raadt het al, deze heeft 3 kruizen. Steeds wanneer je een kwint omhoog gaat, komt er een kruis bij.

 

Vaste volgorde

Wellicht vraag je jezelf nu af welke kruizen dat dan zijn. Ook dat kun je zien in de kwintencirkel! Kruizen verschijnen altijd in dezelfde volgorde als ze vooraan de notenbalk staan. De allereerste is de F#. Wanneer een toonladder 2 kuizen heeft, zijn het de F# en de C#. Wanneer een toonladder 3 kruizen heeft zijn het de F#, de C # en de G#. Heb je ze al ontdekt in de kwintencirkel? Toonladders met meer dan 6 kruizen zul je waarschijnlijk niet vaak tegenkomen. Maar de linkerkant buitenkant van de kwintencirkel is evengoed handig om de volgorde van de kruizen te weten te komen!

 

Volgende week deel 2

De kwintencirkel is zo nog niet compleet. In de volgende blog ga ik uitleggen hoe je de kwintencirkel kunt gebruiken om te kijken welke toonladder er bij een stuk hoort als er mollen vooraan de notenbalk staan. En ik vertel je hoe hem gemakkelijk en snel zelf kunt tekenen!

 

Uitproberen

Je weet nu hoe het werkt! Zoek een aantal muziekstukken op met kruizen vooraan de notenbalk en doe de test. Weet je welke toonladder erbij hoort? En weet je ook welke kruizen er in zitten? Ik ben benieuwd!

 

Veel studeerplezier!

 

 

 

 

Ook als je pianoles of keyboardles hebt, en er goed is uitgelegd hoe het werkt met noten lezen, blijft noten lezen voor veel mensen lastig. Vaak kunnen leerlingen maar een aantal noten direct herkennen en blijft het zoeken bij noten die ze wat minder vaak zijn tegen gekomen. Hoe komt dat toch? En hoe kun je dat verhelpen?

 

De oorzaak

De oorzaak is eigenlijk heel logisch. De duur van een gemiddelde les is in de loop der jaren korter geworden. Door alle bezuinigingen op subsidies moeten leerlingen de kosten voor de lessen nu helemaal zelf betalen, wat tot gevolg heeft dat leerlingen kiezen voor kortere lessen om de kosten te drukken. In een kortere les heb je minder tijd om leerlingen te begeleiden. Omdat het leren spelen op het instrument al veel tijd kost, blijft er weinig tijd over om een leerling te begeleiden in het noten leren lezen. Veel verder dan een uitleg en een controle of het door de leerling begrepen wordt, kom je meestal niet. In theorie kan dat genoeg zijn. De leerling kan het dan zelfstandig thuis verder trainen. Maar daar zit het probleem. Want hoe je dat nu het beste aan kunt pakken, weten de meeste leerlingen niet. Of ze hebben er niet de discipline voor. Gevolg: het noten lezen blijft een struikelblok.

 

Herhaling

De oplossing om iets goed te leren is eigenlijk altijd: veel herhalen. Wanneer je maar vaak genoeg iets doet, word je er vanzelf steeds beter in. Door herhaling leer je een vaardigheid en komt de kennis in je langetermijngeheugen terecht. Maar, zal je misschien denken, als je iedere dag oefent op je instrument, herhaal je het noten lezen toch ook steeds? Dat zou je wellicht denken, maar dat is niet helemaal waar. Wanneer je een liedje een paar keer hebt gespeeld, ga je het steeds meer op je geheugen spelen. Je weet al hoe je je handen moet zetten aan het begin. Je weet welke vingers je moet gebruiken. En het notenschrift wordt al snel niet veel meer dan een geheugensteuntje. Het echte noten lezen doe je alleen maar wanneer je aan een nieuw stuk begint.

Het eerste struikelblok

Dat is dat je niet weet hoe je het het beste aan kunt pakken. Want hoe kun je nu het beste noten oefenen? Je kunt natuurlijk steeds weer de noten oplezen van het muziekstuk waar je mee bezig bent. Maar dat zijn dan steeds weer dezelfde noten in dezelfde volgorde. Hoewel het zeker geen slecht idee is om dat te doen, is het niet de meest effectieve methode.

Het tweede struikelblok

Je weet misschien wel dat je meer tijd zou moeten besteden aan het noten lezen, maar doe je dat dan ook? Want als je het helemaal vanuit jezelf moet doen, kost je dat heel veel zelfdiscipline. En wanneer je dan ook eigenlijk niet weet of je het wel op een goede manier doet, motiveert dat niet echt!

De oplossing

Ik wil altijd dat iedereen met veel plezier muziek maakt. En ik merk heel vaak dat het noten lezen onnodig ervoor zorgt dat het moeilijker gaat dan je zou willen. Dus ben ik een tijdje geleden hard aan het nadenken geslagen, hoe ik leerlingen daarmee zou kunnen helpen. En ik heb een oplossing bedacht en uitgewerkt: een online cursus noten lezen.

De cursus(sen)

Het eerste struikelblok wat ik hierboven noemde was dat de leerling niet de meest efficiënte en effectieve manieren weet om het te oefenen. Dit heb ik opgelost door in de cursus niet alleen maar oefeningen te geven, maar ook door heel duidelijk uit te leggen hoe je die oefeningen moet doen.
Om je te helpen de zelfdiscipline op te brengen om de oefeningen ook echt te doen, krijg je de cursus in kleine stukjes toegestuurd per email. Iedere dag word je er op die manier aan herinnerd dat je nog even je oefeningen moet doen. En omdat het ook echt maar even is, want 10 minuutjes is genoeg, hoef je er ook niet zo tegenop te zien. Want zeg nou eens eerlijk, 10 minuutjes per dag kan ook jij er toch wel voor vrij maken? Zeker als je bedenkt wat het je aan voordelen oplevert!

Een extraatje voor mijn leerlingen

De cursus is dus bedoeld als extraatje voor mijn leerlingen. Mijn leerlingen mogen hier dan ook gratis gebruik van maken. Het is zeker niet bedoeld als vervanging van de muziekles. Het is een aanvulling hierop. Het echte muziek maken kun je niet goed leren zonder de persoonlijke aandacht die je tijdens de les krijgt. Dat is ook de reden dat ik geen online muzieklessen geef. Ik weet dat je daar goed geld mee kunt verdienen, maar ik heb nog geen manier gevonden om online lessen te geven waar ik achter kan staan. Zolang ik die manier niet heb gevonden, begin ik er niet aan.

Voor iedereen toegankelijk

Wanneer je geen leerling van mij bent, kan je je binnenkort ook inschrijven voor deze cursus. Er komen verschillende cursussen beschikbaar zodat er voor iedereen, beginner en gevorderd, een geschikte cursus is om mee aan de slag te gaan. Houd de nieuwsbrief in de gaten, daar komt het in te staan als de cursus voor iedereen beschikbaar wordt gesteld. Omdat ik er wel heel veel werk in heb gestoken, is de cursus niet gratis wanneer je geen les van mij hebt. De prijs kan ik je nu nog niet vertellen, maar ik beloof je dat het allemaal heel betaalbaar blijft!

Veel studeerplezier!

Herhalingstekens in een muziekstuk worden niet altijd gewaardeerd. Gisteren had ik een leerling op les die niet aan een bepaald stuk was begonnen omdat ze moedeloos werd van de herhalingstekens die erin staan. Zij is zeker niet de enige. Ik hoor regelmatig een diepe zucht wanneer een leerling met veel herhalingstekens geconfronteerd wordt. “Jeetje, het lijkt wel een speurtocht!” Heb ik ook weleens gehoord. En inderdaad, het is niet altijd even gemakkelijk te volgen. Ik hoop dat je met de tips in dit artikel er beter mee om leert gaan.

 

Waarom herhalingstekens

In veel muziek worden gedeelten herhaald. Zo’n gedeelte opnieuw opschrijven, zonder herhalingstekens te gebruiken kan, maar dat heeft ook nadelen:
Het kost meer papier.
Het is niet handig als je veel keer moet omslaan tijdens een stuk.
Het speelt moeilijker.

 

 

Hoezo moeilijker zonder herhalingstekens?

Dat laatste heeft enige toelichting nodig. Want waarom zou het met herhalingstekens gemakkelijker zijn? Misschien heb je het zelf weleens ondervonden. Een aantal maten die je aan het begin van een stuk goed kan spelen. Diezelfde maten komen later in het stuk nog een keer terug. Maar het staat op een andere bladzijde en op een andere regel. Ineens lijkt het een stuk moeilijker! Herkenbaar? Je bent zeker niet de enige, ik kom dat in mijn lespraktijk vaak tegen. Hetzelfde stukje, in een andere visuele context, brengt je hersenen toch een beetje in verwarring! Daarom is een herhalingsteken in zo’n geval gemakkelijker, het ziet er dan precies hetzelfde uit en het staat op dezelfde plek. En je hoeft je aantekeningen maar op 1 plek erbij te zetten. Scheelt weer werk. ?

 

 

Veel gebruikte herhalingstekens

Voordat ik aan de tips ga beginnen, geef ik je eerst nog even een lijstje met de meest voorkomende herhalingstekens.
Dubbele maatstreep met dubbele punt: Wat tussen de dubbele strepen met dubbele punt staat, speel je 2x. Wanneer er een haakje boven staat met een 1, speel je dat alleen de 1e keer. De tweede keer sla je haakje 1 over en ga je gelijk door naar de maten waar haakje 2 boven staat

 

 

Da Capo – afgekort tot D.C. – weer spelen vanaf het begin van het stuk ( Capo = Hoofd )
Segno:                     – letterlijk vertaalt : Teken

Dal Segno – afgekort tot D.S.- weer spelen vanaf het Segno
al – betekent : tot
Da of Dal – betekent vanaf
Dal Segno al Fine – speel vanaf het teken tot aan Fine ( einde )

Coda – letterlijke betekenis : staart.

Hiermee wordt het slotgedeelte van een muziekstuk aangegeven. Er staat dan ergens in het muziekstuk een klein Coda teken. Vanaf dat kleine Coda teken ga je direct naar het grote Coda teken aan het einde van het stuk.

 

 

Italiaans

Zoals je misschien al in de gaten hebt zijn bovenstaande muziektermen uit het Italiaans overgenomen, zoals bij zoveel muziektermen het geval is.
Ik las trouwens ergens dat je Coda uit hoort te spreken als “soda”. Maar als je tegen een collega muzikant het over “soda” hebt, kijkt hij of zij je een beetje verbaasd aan. Iedereen spreekt het uit als “koda”.

 

 

Tips

1. Kijk voordat je met stuk gaat beginnen eerst hoe de volgorde precies is.
2. Gebruik markeerstiften met verschillende kleuren om op te laten vallen ván waar, náar waar je toe moet.
3. Oefen vanaf het begin het stuk steeds in de juiste volgorde. Wanneer je denkt: “de volgorde komt later wel” zal je er veel meer moeite mee blijven houden.

Het is inderdaad soms net een speurtocht, maar zoals meestal: als je de puzzel eenmaal hebt opgelost, lijkt ie ineens niet meer zo moeilijk!

 

Veel studeerplezier!

In deze blog vertel ik je een heel eenvoudige en gemakkelijke manier om ervoor te zorgen dat je struikelblokken overwint. Maar ook waarom het soms niet werkt, en de oorzaak ervan.

 

Een lastig stuk

Tijdens een pianoles afgelopen week, wilde een leerling een stukje laten horen waar ze al een tijdje mee bezig was. Vooraf vertelde ze dat het soms heel goed ging, maar andere keren ook weer helemaal niet. Het was voor iemand van haar niveau dan ook een lastig stuk, dus dat verbaasde me niet.

Uit het hoofd

Ze begon te spelen en al snel werd het duidelijk dat dit zo’n moment was waarop het niet echt wilde lukken. Ze speelde de eerste regel een paar keer en wat mij direct opviel was een fout die ze steeds weer maakte. Blijkbaar was dit niet de eerste keer dat mij dat opviel, want ik had er al met potlood een cirkel omheen gezet. Ze vertelde dat ze ook bezig geweest was om het uit haar hoofd te spelen. Ik vroeg haar dat eens te laten horen. Prompt speelt ze de eerste regel uit haar hoofd; maar dan zonder de bewuste fout! Toen ik haar vertelde wat me opgevallen was, verbaasde dat haar zelf ook. Hoe kan dat?

Het rode potlood

Als je zoals ik al meer dan 25 jaar lesgeeft, weet je aardig wat foefjes om je fouten te verbeteren. Een ervan, die ik veel gebruik is een hele simpele maar zeer effectieve: het potlood! Het liefst een rode, die valt lekker op. Als je een stuk aan het studeren bent en je maakt steeds dezelfde fout, ondanks dat je wel weet hoe het moet, dan werkt dit prima: Omcirkel waar het fout gaat, zet er een uitroepteken bij, teken een brilletje (zoals een docent van mij vroeger bij mij wel deed), maakt niet uit wat, als het maar goed opvalt!

 

Hoe werkt het

Waarom het werkt is simpel: je ziet nu veel eerder waar het meestal fout gaat en hebt dan nog de tijd om eraan te denken hoe het wel moet, terwijl je eerst de fout pas merkte op het moment dat je hem maakte! Je herstelt de fout dus eigenlijk voordat je hem maakt. Handig! Zorg dus dat je altijd een rood potlood bij de hand hebt als je aan het studeren bent!

Waarom werkte het nu dan niet?

Bij de leerling waar ik het eerder over had, werkte het dus niet! Of liever gezegd werkte het niet helemaal zoals je in eerste instantie zou verwachten…. Zij speelde het stuk al langer en daardoor voor een groot deel op routine en echt kijken naar de noten doe je dan eigenlijk niet meer. Het notenbeeld is meer een soort van “geheugensteuntje” geworden en je kijkt vooral naar de volgorde van de muzikale zinnen. De aantekening die er staat zie je dan over het hoofd, met als gevolg dat je het toch nog fout doet.
Toen ze uit haar hoofd ging spelen ging ze veel meer op haar gehoor spelen. Ze wist hoe het moest klinken en toen ging het wel goed! In zo’n geval heb je dus al zoveel van het stuk in je hoofd zitten dat de noten meer een belemmering dan een hulpmiddel zijn!

Conclusie

De moraal van het verhaal (een beetje ouderwets, maar klinkt wel leuk vind ik! Weer eens wat anders dan “tips” ;))
1. Zorg dat je bij een nieuw stuk eventuele fouten snel opspoort en zet daar met rood potlood een aantekening bij. Hoe langer je wacht, hoe minder het effect.
2. Wanneer je een stuk al langer speelt, ga er dan aan werken om het uit je hoofd te doen. Je verlegt dan je aandacht van je ogen naar je oren, en dat zorgt ervoor dat je mooier muziek maakt!

 

Veel studeerplezier!

 

Begin goed!

Hoe begin jij met het instuderen van een nieuw muziekstuk? Als je het doet zoals de meeste leerlingen, dan begin je het gelijk helemaal door  te spelen.  Om het vervolgens steeds weer van begin tot eind opnieuw te spelen, steeds een beetje beter. Wil je het sneller ingestudeerd hebben? Lees dan de volgende tips en maak voortaan een slimmere start!

 

Je bent nieuwsgierig!

Het is heel logisch dat je gelijk wilt horen hoe het stuk klinkt ( je bent er natuurlijk nieuwsgierig naar! ) en dat je het dus ook gelijk begint te spelen. Als je dat heel graag wilt is dat prima. Maar voordat je het serieus gaat studeren helpt het enorm om eerst te kijken hoe het stuk in elkaar zit; dat scheelt een hoop studeertijd!

Tips voor een slimme start

Aan de hand van onderstaand stukje, “Graceful Butterfly” door Hans Hartog, een aantal tips om het nieuwe liedje sneller in de vingers te krijgen! Hoewel deze tips in eerste instantie bedoeld zijn voor beginnende pianisten, zijn de tips grotendeels ook heel toepasbaar voor gevorderden en andere instrumentalisten.

1: Toonsoort en maatsoort

Kijk in welke toonsoort en maatsoort het staat. ( in het voorbeeld is dat C majeur en 4 kwartsmaat)

2. Opbouw

Kijk naar de globale opbouw van het liedje. In dit geval 8 maten A, 8 maten B, 4 maten A.
Dit geeft al een aanwijzing dat de laatste 4 maten waarschijnlijk in het eerste A gedeelte ook al voorkomen, misschien in een gevarieerde vorm.

3. Bereik

Kijk welke noten er staan voor de rechterhand: wat is de hoogste noot en wat de laagste: centrale c is de laagste en de g daarboven is de hoogste. Hieruit kun je opmaken dat je hand tijdens het liedje niet van positie verandert. Handig om dat vooraf al te weten! Wanneer blijkt dat je wel van positie verandert tijdens het liedje, kun je vast met een markeerstift of rood potlood aangeven waar dat is.

4. Opvallend

Welke noten staan er voor de linkerhand? In dit geval komen alleen de c en de g maar voor. Misschien valt het je ook op dat in het A gedeelte iedere maat begint met links een c en rechts een e! Probeer die linkerhand maar eens te spelen.

5. Herhalingen

Wanneer je goed het A gedeelte bekijkt zie je dat de eerste maat herhaald wordt in maat 3, maat 5 en 7. Ook in de onderste regel vind je diezelfde maat nog 2x. Dit betekent dus, dat als je de eerste maat goed kunt spelen, je er in feite al 6 kan spelen!! Goed om je dit te realiseren, want dat scheelt tijd en moeite! Speel die eerste maat met 2 handen net zolang totdat het vloeiend gaat en je heel goed weet hoe het moet klinken. Kun je de melodie (rechterhand partij) zingen?

Kijk je verder naar de 2e maat, dan zie je dat deze ook herhaald wordt in maat 6 en in de 2e maat van de onderste regel. Een snelle rekensom: 6x maat 1 + 3x maat 2 = 9 maten die je kunt spelen als je de eerste 2 kan spelen, dan ben je al bijna op de helft van het stukje! Tijd om de tweede maat oefenen. Lukt het? Dan speel je maat 1 en 2 achter elkaar.

6. Slotmaten

Dan nu de slotmaten van regel 1,2 en 5. Die van regel 1 heb je vast snel onder de knie. Die van regel 2 is iets lastiger, blijf deze net zolang spelen totdat die lukt. De slotmaat van regel 5 is een variatie hierop, en het helpt enorm als je ervan bewust bent dat het enige wat er anders aan is dat de noten e, d en c hier op de zelfde plaats staan als in de slotmaat van regel 2, dat alleen de g noot er als afwisseling tussen is geplaatst. 

7. B gedeelte

Kijk nu eens goed naar B gedeelte. Die twee regels zien er ook aardig hetzelfde uit! Alleen de laatste maat verschilt. Speel beide maten en hoor het verschil; de eerste slotmaat is een soort “open einde”, je hoort dat het nog verder gaat. Terwijl de tweede wel echt een einde van dat B gedeelte is. Onthoud dat de eerste op een e eindigt en de tweede op de c; de grondtoon van het liedje.

 

Sneller resultaat door een slimme start!

Wanneer je op bovenstaande manier nieuwe muziekstukken benadert, zal je merken dat je veel sneller resultaat hebt van je studeren. Dit komt doordat dit een veel intensievere manier van studeren is dan alleen het liedje maar steeds weer van begin tot het eind doorspelen. Daarbij weet je ook veel beter wat je nu eigenlijk aan het spelen bent en wordt het daardoor gemakkelijker om het uit je hoofd te leren.

Ben je op zoek naar nog meer tips om slimmer te studeren? Klik dan hier: lastige overgangen

 

Veel studeerplezier en een vliegende slimme start toegewenst!

Het wordt al vroeg donker buiten, maar binnen is het gezellig en lekker warm: de ideale tijd om  binnen te knutselen en spelletjes te doen. Doe je mee?

 

Je kunt kiezen voor het spel waarbij iedereen mee kan doen (spel A) , of voor het spel (spel B) waarbij je moet kunnen lezen en je al wat moet weten over noten lezen. Ze allebei maken, mag natuurlijk ook! Je begint met beide spellen op de zelfde manier.

Je hebt nodig:

2 vellen A4, stevig papier (wit of gekleurd, wat je leuk vindt)
Potlood en gum
Schaar
Liniaal
Je muziekboek

We gaan 24 kaartjes maken. Ze moeten vierkant worden en precies even groot.
-Teken eerst de kaartjes op het papier: Maak in de lengte 2 lange lijnen op 7 cm afstand van beide zijkanten.  
 
 

Trek dan de lijnen in de breedte. Meet eerst weer 7 cm. van de bovenkant en trek dan steeds een lijn 7 cm lager.

Als het goed is heb je nu 12 vierkantjes getekend en is er aan de onderkant van het papier nog een smal strookje over. Doe hetzelfde op het andere blad.

– Knip de vierkantjes allemaal netjes uit.

Voor spel A:
– Teken steeds op 2 kaartjes precies hetzelfde (gebruik je muziekboek als voorbeeld):
een G-sleutel, een F-sleutel, een notenbalk, een maatstreep, herhalingstekens, een hele noot, een halve noot, een kwart noot, een halve noot met punt, driekwartsmaat, vierkwartsmaat, een slotstreep. Of iets anders uit je muziekboek.

Voor spel B:
-Teken op het ene kaartje iets uit je muziekboek en schrijf met letters op het andere kaartje wat je getekend hebt. Je tekent bv. op het ene kaartje een G-sleutel en op het andere kaartje schrijf je: G-sleutel. Zo doe je het ook met de andere kaartjes. Je kan dezelfde tekens gebruiken als bij spel A, of zelf iets anders verzinnen.
Als je het spel straks gaat spelen en je draait de getekende G-sleutel om, moet je dus weten hoe die heet om het bijpassende kaartje te kunnen vinden.

Het is handig als je de kaartjes in een doosje bewaart, dan blijven ze netjes. Dat kan je natuurlijk ook zelf maken. Of je neemt een ander doosje waar ze in passen; ik gebruik een oud cd-hoesje.

Zo, klaar om te spelen?
Leg alle kaartjes met de lege kant naar boven. Ga er in een kring omheen zitten. De jongste mag beginnen. Draai 2 kaartjes om zodat iedereen kan zien wat erop staat. Zeg hardop wat je op de kaartjes ziet. (Als je het niet goed weet, mag iemand je helpen). Zijn het 2 kaartjes die bij elkaar horen? Dan houd je die kaartjes apart en mag je nog een keer draaien. Horen de kaartjes niet bij elkaar? Dan is de volgende aan de beurt. Het spel is afgelopen als alle kaartjes “op” zijn. Degen die de meeste kaartjes heeft, is de winnaar!

Veel speelplezier!

Regelmatig krijg ik leerlingen op les die moeite hebben om snel te zien welke noten het precies zijn die op de notenbalk staan. Meestal zitten de noten rond de centrale C er wel goed in, maar hogere of lagere noten lezen gaat vaak een stuk moeizamer. Heb jij daar ook last van en zou je ook graag snel alle noten kunnen lezen? Kom op dan, aan de slag! Ga wedstrijdjes houden met jezelf en oefen noten lezen op een leuke manier!

 

Gratis programma of goedkope app

Voor de wedstrijdjes gebruiken we een gratis programma. Er is ook een app versie van beschikbaar voor op je iPad of iPhone, daar betaal je een paar euro voor, die werken hetzelfde als onderstaande gratis link.

Tenuto

Het gratis programma kun je gebruiken op internet. Via de onderstaande link kom je op de website met het programma, daarvandaan kun je ook eventueel de app Tenuto downloaden (daar moet je wel voor betalen). Ik heb zelf de app gekocht. Ik vind dat die wat beter werkt dan wanneer je het programma online gebruikt. Voor de paar euro die de app kost, heb je veel waar voor je geld. Voor beginnende tot ver gevorderde muzikanten staan er zinvolle oefeningen in.

Aan de slag!

Open één van de onderstaande links.
http://www.musictheory.net/exercises/keyboard-reverse

Dit is een oefening speciaal voor toetsenisten, maar wil je de notennamen oefenen, zonder de toetsen van een toetsinstrument, kies dan onderstaande link:

http://www.musictheory.net/exercises/note

voor beide oefeningen werken de instellingen zoals hieronder beschreven hetzelfde.
Wanner je op de link hebt geklikt, zie je 1 of 2 notenbalken met G en/of  F sleutel. Misschien ook wel kruizen of mollen; schrik hier niet van, je kan van alles instellen! Het lijkt erop dat mijn link je al de instellingen geeft die ik hieronder uitleg, maar bekijk het even zodat je goed weet hoe het werkt.

Sleutels (Cleffs) kiezen

Rechtsboven in de hoek zie je een soort radertje.
Klik daarop. Je opent dan een menu dat heet “Custumize”
Je ziet dan bovenaan “Cleffs” staan. Door daarop te klikken wordt het venster geopend waar je de sleutel kan kiezen. Stel; je wilt beginnen met het oefenen van de noten (centrale)C t/m G in de G-sleutel. Kies dan hier de G-sleutel door het rondje aan te vinken bij “Treble Cleff “
Klik op het blauwe pijltje bovenaan om weer terug te gaan.

Bereik noten (Range) instellen

Klik:

  1. nu op het veld eronder waar staat “Treble Range”
  2. op de pijltjes links om de laagste noot in te stellen en op de pijltjes rechts om de hoogste noot in te stellen.
  3. wanneer je daarmee klaar bent weer op het blauwe pijltje bovenaan om weer terug te gaan naar het vorige scherm.

Positions

Kijk of bij “Positions” staat: “Lines & Spaces” Met “Lines” kies je voor alleen de noten die óp de lijnen van de notenbalk staan. Met “Spaces” ingesteld, krijg je alleen maar noten die tussen de lijnen van de notenbalk liggen. Kies welke je wilt (ik zou zeggen : Lines & Spaces) en ga weer terug met het blauwe pijltje bovenaan.

Wel of géén kruizen en mollen

Klik op “Keysignatures” en klik op het rondje in het midden waar geen kruizen en mollen bij staan. Wil je juist wél het lezen van kruizen en mollen oefenen, dan kun je dat natuurlijk ook kiezen! Ga weer terug d.m.v. de blauwe pijl bovenaan.
Klik dan nog eens naast het menu om het menu te laten verdwijnen.

Playtime!

Boven in het midden zie je de tijd lopen. Links daarvan zie je hoeveel vragen je goed hebt en het totaal aantal vragen. Daarnaast zie het hoeveel procent van de vragen goed waren.
Klik onderin het scherm op het juiste antwoord. Is het fout, dan wordt het rood. Is het goed dan wordt het groen en hoor je de noot (als het geluid van je computer aan staat). De volgende opdracht verschijnt in beeld.

Even proefdraaien

Oefen de noten een poosje totdat je denkt dat je ze goed weet.
Dan beginnen we de wedstrijd!

Rechts bovenin het scherm zie je 3 puntjes, dat is een menu. Klik bovenin het menu op “reset score”

De tijd en score gaan nu weer opnieuw starten.
Speel 2 minuten (zelf op de tijd letten) en klik dan rechtsboven op het menu.
Klik op “Show Progress Report”. Je krijgt dan je score te zien en welke noten je hebt ingesteld en hoeveel tijd je gebruikt hebt. Je kan de pagina uitprinten d.m.v. de knop onderin “Print Report”. Met de app kan je de score ook gemakkelijk naar jezelf mailen (met de computer versie is mij dat nog niet gelukt.)

Verbreek je record!

Nu je weet hoe je de score kunt bijhouden, kan je proberen om de oefening steeds beter te doen. Minder fouten maken, sneller spelen, je kunt zelf je doel bepalen. Je kan het natuurlijk zo vaak en zo lang spelen als je wilt en je kan het moeilijker maken door meer noten te kiezen, kruizen of mollen erbij te kiezen, enz.

Het beste resultaat

Het werkt het beste wanneer je het niet te lang achter elkaar speelt, maar wel vaak (bv. een paar keer per dag 5 minuten.) En wanneer je het moeilijker maakt, oefen dan eerst de nieuwe noten en voeg ze daarna toe aan degene die je daarvoor geoefend had.

Probeer steeds je score te verbeteren en ga het pas moeilijker maken als je score in 2 minuten minimaal 98 % is en je minstens 45 vragen hebt beantwoord.

Veel studeerplezier!

 

Laatst was een pianoleerling van mij tijdens de les heel ingespannen bezig om een moeilijke maat onder de knie te krijgen. Voordat zij eraan begon haalde zij adem, trok daarbij haar schouders op en spande allerlei spieren. Toen zij zich door de maat heen had geworsteld, ademde zij uit en ontspande weer wat. “Die maat speelde je goed”, zei ik, “maar vergeet geen adem te halen!”

 

Ik moest gelijk denken aan wat ik deze week gelezen had. In het boek “Mind Gym” schrijft Gary Mack dat hij de afgelopen jaren duizenden kleine stickers heeft uitgedeeld waarop staat : Breathe and Focus. Diverse sporters en brandweerlieden die hij heeft begeleid, hebben de sticker op een voor hun altijd zichtbare plek geplakt om in stresssituaties het hoofd helder te houden.

Zuurstof is energie. Zuurstof helpt je spieren te ontspannen en helder na te kunnen denken. Wanneer je in een stresssituatie belandt, gebeurt er met je lichaam wat er ook met die leerling gebeurde: de ademhaling wordt hoog ( schouders bewegen omhoog met inademen ) en diverse spieren worden aangespannen. Dit doet je lichaam om te kunnen vluchten of vechten, het is een automatische reactie op “gevaar”. Het deel van je hersenen waarmee je heel instinctief reageert, wordt geactiveerd. Het deel van je hersenen waarmee je logisch nadenkt en problemen oplost, wordt geblokkeerd.
Gelukkig werkt het ook andersom: door rustig en diep adem te halen, ontspannen je spieren en worden het stressniveau verlaagd. Je kan weer helder nadenken en de situatie overzien.

Wanneer je merkt dat je gestrest bent, doe dan de volgende oefening, het zal je helpen je beter te concentreren en presteren:

1. Rek je uit en geeuw
Zo span en ontspan je alle spieren en verdiep je je adem. Overdrijf hierbij gerust. Wanneer je tranen in je ogen krijgt van het geeuwen, des te beter!

2. Adem en focus
Sluit je ogen
Adem diep in, zo laag mogelijk, en voel de energie je lichaam inkomen.
Adem alle negativiteit en spanning weer uit.
Adem in en ontspan, adem alle stress uit.
Doe dit 3 keer, of zo vaak als je voelt dat je nodig hebt.

Dus: Denk aan je ademhaling en veel studeerplezier!

 

Vind je het lastig om erachter te komen welke noot het is als het een nieuwe noot is die je nog niet (vaak) gespeeld hebt?
Dat je er dan even  over na moet denken welke noot je ziet staan, is heel logisch. Maar je kan met de volgende tip er wel altijd snel zelf achter komen door maar een paar noten slim te onthouden. Of door onderstaande afbeelding bij de hand te houden 😉

 

 

Bekijk onderstaande afbeelding goed:

 

De noten op de notenbalk van de G-sleutel

Op de bovenste notenbalk met de G-sleutel vooraan, staan de C en G noten:

Als meest linkse noot de hoge C met de 2 hulplijntjes boven de notenbalk.

Dan de G eronder, daarna weer de C eronder.

Vervolgens de G die op de lijn van de G-sleutel staat, en tot slot de centrale C met het hulplijntje onder de notenbalk.

 

De noten op de notenbalk van de F-sleutel

Op de onderste notenbalk, met de F-sleutel, heb ik de c en f noten genoteerd:

Als eerste de lage C met de 2 hulplijntje onder de notenbalk.

Dan de F noot die aan de onderkant van de notenbalk hangt.

Daarna weer de C erboven.

Vervolgens de f die op het lijntje van de F-sleutel staat.

Tenslotte de centrale C met het hulplijntje boven de notenbalk.

 

Spiegelbeeld

Neem een denkbeeldige lijn in gedachte die precies tussen de 2 centrale C noten in ligt. Dat is de spiegellijn. Wanneer je op deze lijn het papiertje zou dubbelvouwen, zouden de noten van de 2 notenbalken precies op elkaar komen te liggen. Zie je dat de 2 notenbalken met de noten erop elkaars spiegelbeeld zijn? De eerste c met 2 hulplijntjes zit op de bovenste notenbalk, boven de balk en op de onderste notenbalk, onder de balk. De f op de F-sleutel balk staat tegen de onderste lijn aan, terwijl de g op de G-sleutel balk tegen de bovenste lijn aan staat. Ook de daarop volgende noten liggen gespiegeld ten opzichte van elkaar op de notenbalken: c tegenover c en f tegenover g.

 

Het trucje

Onthoud nu de noten van de bovenste balk en waar ze staan.
Pak een stuk papier (met notenbalken of teken deze ook zelf) en probeer eens zonder naar het voorbeeld te kijken of je alle noten nog op de juiste plaats kan zetten. Houd het spiegelbeeld hierbij in gedachte.

 

Noot in de buurt

Als je dit lukt, kan je snel iedere nieuwe noot vinden. Er is dan altijd wel een  noot in het schema die in de buurt zit van de noot die je zoekt. 

 

 

Veel studeerplezier!